Wiersma wil GLB-premie in verhouding tot productiekosten
Wiersma wil GLB-premies laten aansluiten bij productiekosten. Ze steunt eenvoudiger beleid, maar benadrukt dat GLB afhankelijk blijft van omstandigheden per lidstaat.
Landbouwminister Femke Wiersma vindt dat bij het vaststellen van de hectarepremie in het Europees Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) rekening moet worden gehouden met de productieomstandigheden en de productiekosten. Dat zegt ze in antwoord op vragen van BBB-Tweede Kamerlid Cor Pierik tijdens een debat in de Tweede Kamer.
Gelijke premie, maar andere kosten
In het kader van de externe convergentie wordt al jaren toegewerkt naar een gelijke hectarepremie voor alle lidstaten. Nederlandse boeren kregen oorspronkelijk een veel hogere premie per hectare dan bijvoorbeeld Oost-Europese boeren. BBB is bezorgd dat de premie in Nederland nog verder daalt, terwijl deze in andere landen stijgt. Dit terwijl de productiekosten zoals grond en arbeid in Nederland veel hoger liggen. Pierik vindt dat daar bij het bepalen van de premie rekening mee moet worden gehouden. Wiersma is het hiermee eens en zegt zich hier bij de Europese Landbouwraden voor in te zetten. Ze voegt toe dat de onderhandelingen over budgetten vooral plaatsvinden tijdens gesprekken over het Meerjarig Financieel Kader, waarbij landbouwministers meestal niet betrokken zijn.
Link tussen premie en productie
Pierik benadrukt dat het inkomen van boeren primair uit landbouwproductie moet komen en niet uit GLB-premies. Hij wijst erop dat in zeven lidstaten boeren meer dan de helft van hun inkomen uit GLB-premies halen. In sommige lidstaten is dit zelfs 75%. In Nederland lag dit aandeel tussen 2017 en 2021 op 12%. Wiersma is het ermee eens dat er een duidelijke link moet zijn tussen GLB-premies en voedselproductie. Ze ziet echter geen aanleiding om actie te ondernemen tegen de grote verschillen in het aandeel GLB-gelden in de inkomsten van boeren. Volgens haar zijn deze verschillen niet alleen groot tussen lidstaten, maar ook tussen sectoren. Ze benadrukt dat het GLB specifiek gericht is op landbouwers en dat alleen landbouwers in aanmerking komen voor GLB-premies. Dat de premie voor Nederlandse boeren een relatief klein deel van hun inkomen vormt, komt volgens Wiersma doordat Nederland een koploper is in landbouwproductie.
Nu staan biologische boeren bij aanvang al met 3-0 voor
PVV-Kamerlid Jeanet Nijhof vroeg de minister om in te zetten op vereenvoudiging van het GLB-systeem en ervoor te zorgen dat alle boeren een gelijke uitgangspositie hebben. “Nu staan biologische boeren bij aanvang al met 3-0 voor,” aldus Nijhof. Wiersma is voorstander van eenvoudiger beleid, maar vindt wel dat het GLB moet aansluiten bij de verschillende omstandigheden in lidstaten.