Warm biggennest is must met vrijloopkraamhokken

Het werken met vrijloopkraamhokken vereist een specifieke aanpak. De belangrijkste maatregel is een warm nest voor de biggen.

Een warm, overdekt biggennest en een lagere afdelingstemperatuur voor de zeug zijn veruit de belangrijkste succesfactoren voor het werken met vrijloopkraamhokken. Een warm nest zorgt ervoor dat de biggen zich zoveel mogelijk terugtrekken naar hun veilige plek, waar de zeug ze niet kan dooddrukken. De afdelingstemperatuur moet na het werpen juist omlaag. Zo ontstaan gescheiden klimaatzones in een afdeling.

Dit is de conclusie na onderzoek door varkensspecialist Sjoerd Gerrits van De Heus Voeders. Het advies is tevens om de temperatuur in het biggennest regelbaar te maken. Als de biggen erbuiten gaan liggen, is het te warm en moet de temperatuur naar beneden. De resultaten sluiten aan bij een eerdere inventarisatie door Boerderij. Diverse deskundigen wezen daarin op het belang van een warm microklimaat in het biggennest. Tevens gedijen de zeugen en de verzorgers beter als het een paar graden koeler is in de kraamstal dan bij traditionele kraamhokken.

Let op gedrag zeug en veiligheid

Gerrits komt met meer tips om succesvol te werken met vrijloopkraamhokken: sta stil bij de vreetplek van de biggen. Selecteer zeugen op gedrag en beenwerk. Niet elke zeug doet het even goed in een vrijloopkraamhok. Zorg dat de zeug op een stabiele vloer staat, met veel houvast. Tenslotte is het nodig stil te staan bij de veiligheid van de medewerkers en het werkprotocol voor de periode rond het werpen uit te breiden. Bij vrijloopkraamhokken moet extra aandacht uitgaan naar het voorkomen van doodliggen van jonge biggen. Een mogelijke maatregel is om een jute zak met de geur van de zeug in het biggennest te leggen. Dat verleidt de biggen om naar het nest te gaan.