Platteland bundelt krachten tegen kabinet
De tien grootste gemeenten van Nederland bundelen de krachten om zo sterker te staan tegen een kabinet dat vooral op de stad gericht is.
De zogeheten P10 werd gepresenteerd op het jaarcongres van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) in Den Bosch.
De P10 wil samen bewerkstelligen dat er meer aandacht en vooral geld beschikbaar komt voor ontwikkelingen op het platteland. De P10 vindt dat er teveel aandacht van het kabinet uitgaat naar stedenproblematiek door miljarden te steken in bijvoorbeeld de aanpak van probleemwijken.
Voorzitter van de P10 is burgemeester Henk Aalderink van de gemeente Bronckhorst. Hij wil vooral de leefbaarheid in kernen verbeteren door bijvoorbeeld betere busverbindingen en meer winkels. Daarnaast wil hij nieuwe economische kansen in de buitengebieden en verbetering van de veiligheid in het landelijke gebied, bijvoorbeeld door uitbreiding van het aantal brandweerkazernes.
De gemeenten die zich verenigen in de P10 zijn Aa en Hunze, Berkelland, Borger-Odoorn, Bronckhorst, Hulst, Ooststellingwerf, Opsterland, Schouwen-Duiveland, Sluis en Westerveld. Zij hebben samen een oppervlakte van 280 duizend vierkante meter.
Dat is ongeveer net zo groot als de provincie Zuid-Holland. De tien gemeenten tellen samen bijna driehonderdduizend inwoners. De naam P10 is een knipoog naar de namen G4 en G27, de clubs die respectievelijk de vier grote steden vertegenwoordigen en het samenwerkingsverband van 27 grote steden die bij het grotestedenbeleid betrokken zijn.