Opvolgers Bram en Mart: ‘We willen uitbreiden in areaal’

De broers Bram en Mart van der Sluijs gaan samen verder met het ouderlijk bedrijf. Sommige onderdelen willen ze afstoten, andere juist uitbreiden. Van de regelgeving liggen ze niet wakker. ‘Als iets linksom niet meer kan, doen we het rechtsom.’

Bram en Mart hebben een passie voor de akkerbouwtak van het bedrijf. Ze telen veel verschillende gewassen waaronder spinazie voor het zaaizaad. Met de boerderijwinkel en het witloftrekken hebben ze minder.

“De boerderijwinkel en het witloftrekken zijn niet helemaal onze passie. Daarom willen we met deze twee onderdelen stoppen. In plaats daarvan zouden we graag het areaal iets uitbreiden, net als de aardappelhandel. Nu gaat er regelmatig een partijtje naar kleine afnemers. Dat willen we opschalen want er is vraag naar. Door de afzet lokaal en in eigen hand te houden, is de marge groter dan wanneer alles met de bulk weggaat.

Verder willen we zowel de teelten als het machinepark optimaliseren. Onder andere door de inzet van nieuwe technieken moet het rendement omhoog. Daarbij denken we ook aan precisielandbouw. Er zit al gps op onze trekkers en machines en we werken met een cameragestuurde schoffelbalk. Een Wingssprayer staat nog op het verlanglijstje.”

“Sowieso onze ouders. Ze zijn met een paar hectare begonnen en hebben het bedrijf met weinig middelen en hard werken uitgebouwd tot wat het nu is. In principe kunnen wij er straks allebei van leven, al zullen we daarnaast ook bij anderen werken. Dat doen we nu ook al.”

“Combinen. Het is mooi weer, je ziet resultaat en je sluit weer een teeltseizoen af.”

“In de winter werken we de machines bij, onder andere door ze te verven. Dat vinden we allebei minder leuk. Een hekel hebben we er niet echt aan, maar het schiet gewoon niet erg op.”

“Investeren we dat in land en schuren. En een huis voor Mart, want Bram blijft als oudste straks waarschijnlijk op de boerderij wonen. We zouden ook graag een mooie reis maken. Bijvoorbeeld naar Canada om eens te zien hoe het daar gaat.”

“Gaan we stappen met vrienden. Pas was er nog een schuurfeest maar we gaan ook graag naar de stad. Voor ons is dat meestal Breda. Het is er altijd héél gezellig. Wat we ook graag doen, is met ons tweeën een rondje boeren. Zo noemen we dat hier. We rijden met de auto door de polder en kijken hoe de gewassen erbij staan. Bij onszelf en bij anderen.”

“Hopen we dat het nog net zo lekker gaat als nu. Over het afbouwen van middelen maken we ons geen zorgen. We denken dat wel duidelijk is dat het helemaal zonder spuiten niet kan. De druk van ziekten en onkruid is daarvoor echt te hoog. Het aantal toegestane middelen zal wel minder worden, maar we vertrouwen op de ontwikkeling van nieuwe technieken. En als iets linksom niet meer kan, dan doen we het rechtsom. Wij denken graag in oplossingen. Stoppen is in elk geval geen optie.”