Foto: Mark Pasveer RundveeNieuws

LTO wil alternatief graslandnorm voor borging grondgebondenheid

LTO Nederland komt niet met een eenduidig voorstel om grondgebondenheid voor de melkveehouderij vast te leggen. De achterban van de belangenorganisatie is te divers.  LTO pleit daarom meer voor integraal beleid en doelsturing om de doelen waarvoor grondgebondenheid ingevoerd moet worden toch behaald worden.

De politiek kijkt te eenzijdig naar grondgebondenheid. Dat zegt vakgroepvoorziiter Erwin Wunnekink van LTO Melkveehouderij tijdens een webinar van LTO Nederland over grondgebondenheid. “Het gaat om niet alleen om een aantal koeien per hectare, maar de doelen op het gebied van water, klimaat, biodiversiteit en ammoniak moeten gehaald worden”, vindt Wunnekink. Vanwege de grote diversiteit tussen melkveebedrijven zullen de doelen met een generieke GVE-norm met een maximaal aantal dieren per hectare niet overal gehaald worden, aldus de LTO-er.  Ook een graslandnorm is volgens hen niet de juiste weg, als dit wordt ingezet om het graslandareaal op peil te houden.

Verbonden met grond

Voor Nederland zijn er afspraken om het areaal grasland van ongeveer 700.000 ha te behouden. Dit komt volgens LTO erg onder druk, nu veel melkveebedrijven hun bedrijf beëindigen in het kader van de stikstofmaatregelen. “Hoe ga je zonder koeien grasland tot waarde brengen en kan je de concurrentie aan met andere teelten die economisch aantrekkelijker zijn?”, geeft hij aan. Hij vindt het niet haalbaar als de grondgebondenheid alleen op grasland gebaseerd wordt en de verantwoordelijkheid voor het behoud van de 700.000 ha grasland alleen bij de melkveehouders wordt neergelegd. Wunnekink vindt dat ieder melkveebedrijf sowieso verbonden is met de grond en daarmee grondgebonden is. Dat kan ook zijn met de grond van een collega-akkerbouwer met wie wordt samen gewerkt.

LTO ziet meer in maatwerk om bijvoorbeeld via een stoffenbalans de milieudoelen te halen. Door het berekenen van aan- en afvoer van mineralen en het meten van bijvoorbeeld het stikstofoverschot en stikstofmineraal in de bovenste laag van de bodem, kan een boer bewijzen wat zijn invloed is op de waterkwaliteit. Volgens Wunnekink wordt een dergelijk systeem ook in Duitsland, Frankrijk en Ierland gebruikt. Voor boeren die niet alle data willen verzamelen, zou een GVE-norm dan het alternatief zijn, oppert de LTO-bestuurder.

In 2032 volledig grondgebonden

In het Addendum bij het 7e actieprogramma nitraatrichtlijn is vastgelegd dat de melkveehouderij uiterlijk 2032 volledig grondgebonden moet zijn. “Daarbij hoort ook een aanzienlijk areaal grasland”, staat in de afspraken die met de Europese Commissie zijn gemaakt. Verder zijn er geen afspraken over de wijze waarop de grondgebondenheid geregeld moet worden.

In het (geklapte) landbouwakkoord is een voorstel gedaan om via een graslandnorm een minimum areaal grasland per koe vast te leggen. Toenmalig landbouwminister Piet Adema stelde een norm van 0,35 ha gras per GVE voor. Landbouwminister Femke Wiersma heeft eerder aangegeven ook aan een graslandnorm te denken en laat onderzoeken hoe hoog de granslandnorm dan moet zijn.  De minister heeft aangekondigd in de zomer met een voorstel te komen. NSC-Kamerlid en oud-melkveehouder Harm Holman overweg met een initiatiefwet over grondgebondenheid te komen.

Reacties

Je moet een account hebben om te reageren

Voordelen van een account:

Krijg toegang tot de beste en meest actuele artikelen.

Discussier mee met collega’s, experts en specialisten.

  1. anoniem W
    16 mei 2025

    Willen toch 60% eiwit van eigen grond??
    Gr Randmeerkust