Veel boeren zien het somber in, zo blijkt uit een enquête in opdracht van platform Taboer. Ze hebben stress van de wet- en regelgeving en een onduidelijk toekomstperspectief. Erover praten blijkt lastig. Boeren geven aan zich te schamen, of denken dat praten geen zin heeft omdat daar de problemen niet mee van tafel zijn. Foto: Hans Prinsen BoerenlevenAchtergrond

Hulplijn voor tobbende boer blijft nodig

Veel boeren zeggen mentale zorgen te hebben. Dat blijkt uit een enquête in opdracht van Taboer. Dat platform vroeg zich af of boeren nog nodig zijn. Ja dus.

14% van de boeren ervaart ‘sterke mentale zorgen’, zo bleek eind vorig jaar uit een ledenpeiling van LTO Noord. Het onderzoek was gedaan op verzoek van Taboer, een samenwerkingsverband van verschillende organisaties die zich inzetten voor het mentale welbevinden van agrariërs. Het platform is opgericht in 2023, en na een jaar in de lucht te zijn was het tijd om de peilstok er eens in te steken: is het nog zinvol om door te gaan? Ja dus, zo luidde de conclusie. Want naast de 14% die aangeeft sterke mentale zorgen te hebben, zegt 33% van de 300 LTO-Noord leden die de enquête invulden dat ze ‘enigszins mentale zorgen’ hebben. In totaal heeft dus 47% sterke tot enigszins mentale zorgen.

De cijfers zijn in lijn met wat landelijk gaande is, zo blijkt uit gegevens van het RIVM en het CBS. Van alle Nederlanders van achttien jaar en ouder had 43% de afgelopen tijd last van angst- of depressiegevoelens. Oorzaken zijn onder meer terug te voeren op de verharding in de samenleving, het veranderende klimaat en een toenemende prestatiedruk.

Opzienbarend veel mentale zorgen

Wat de mentale zorgen van boeren precies inhouden, is voor de Taboer-enquête niet nader onderzocht. “Mentale zorgen zijn een beetje een containerbegrip”, aldus projectleider communicatie Esther Reinders. “Je moet hierbij denken aan stress, burn-out, angsten, depressie of moeilijkheden in de privésfeer.”

Hoe stevig de uitkomsten van de enquête zijn, is lastig te zeggen. Er zijn immers geen cijfers van voorgaande jaren om mee te vergelijken. “En we moeten ook zo eerlijk zijn om te zeggen dat mensen die niks met het onderwerp hebben, de enquête waarschijnlijk niet hebben ingevuld. Het is dus niet te zeggen of de uitkomsten betrekking hebben op de gehele agrarische sector. Evengoed schrokken we van de uitkomsten. Die 14% vinden we echt opzienbarend veel. We wisten wel dat er veel boeren met zorgen rondlopen, maar dat het er zoveel zijn, dat verraste ons toch.”

De onderzochte groep bevond zich in het noorden van het land, waar LTO-Noord actief is. De meeste respondenten zijn 51 jaar of ouder en, niet geheel onverwacht, maar liefst de helft van de deelnemers heeft een melkveebedrijf. De meest genoemde zorgen hebben betrekking op de wet- en regelgeving, hierover zit 42% in de rats. Een derde tobt over een onzekere toekomst, 28% over de eisen (veel) en waardering (minder) vanuit de maatschappij en 19% heeft zorgen over de financiële situatie.

Lees verder onder het kader

Meeste boeren redden zich goed

Het goede nieuws is dat 53% van de mensen die de enquête invulden, aangaf nauwelijks tot geen mentale zorgen te hebben. Meer dan de helft dus. Reinders: “Het is goed om ook dat te benoemen, inderdaad. Er zijn gelukkig ook nog heel veel boeren die zichzelf goed redden. Wellicht hebben zij zelf een uitlaatklep gevonden waardoor alles waarmee ze te maken krijgen niet leidt tot mentale zorgen.”

Dat linksom of rechtsom een uitlaatklep nodig is, staat wat LTO-Noord betreft als een paal boven water. Reinders: “We weten met elkaar dat de transitie van de landbouw nog niet voorbij is. Veel boeren zullen nog met moeilijke situaties te maken krijgen. Velen zijn behoorlijk veerkrachtig. Maar dat geldt niet voor iedereen. Taboer is er om iedereen bij te staan die hulp kan gebruiken, maar het lastig vindt om erover te beginnen.”

Als boeren stress ervaren, waar komt dat dan door? De wet- en regelgeving staat met stip bovenaan. Hier krijgt 42 procent stress van, en dat voedt hun mentale zorgen. Op plek 2 staat het gebrek aan toekomstperspectief, gevolgd door het gevoel dat de maatschappij wel veel eisen stelt maar weinig waardering toont. Financiële zorgen komen op de vierde plek.
Als boeren stress ervaren, waar komt dat dan door? De wet- en regelgeving staat met stip bovenaan. Hier krijgt 42 procent stress van, en dat voedt hun mentale zorgen. Op plek 2 staat het gebrek aan toekomstperspectief, gevolgd door het gevoel dat de maatschappij wel veel eisen stelt maar weinig waardering toont. Financiële zorgen komen op de vierde plek.

Meer dan alleen PAS-melders

Ze nuanceert het beeld dat iedereen die contact opneemt met Taboer kampt met de bekende problematiek als mestafzet, PAS-vergunningen of stoppersregelingen. De vragen zijn veel diverser dan dat. Er bellen bijvoorbeeld ook vrouwen die het lastig vinden dat ze geen eigen inkomen meer hebben sinds ze hun baan opzegden om op het bedrijf mee te werken. Reinders: “Ze zien vriendinnen die van hun eigen geld leuke dingen doen. Dat zouden zij ook graag willen, maar elke verdiende cent gaat naar het bedrijf. Ze willen weten hoe ze daarmee om kunnen gaan.”

Waar de bezorgdheid ook over gaat, voor de aanpak ervan is het niet altijd per se nodig om de hulplijn van Taboer te bellen. “Dat mag natuurlijk altijd, maar je kunt ook aan de slag met de informatie op de website. De ervaringsverhalen worden bijvoorbeeld enorm goed gelezen. Mensen denken dan: o, hij of zij heeft dat ook, ik ben niet de enige. Dat kan opluchten. Wat ook kan helpen, is dat je die verhalen eens aan je partner laat lezen. Of dat je eens voorstelt om samen de podcast te luisteren en het er na afloop over te hebben.”

Schaamte, angst en onmacht

Reinders doelt hierbij op vrouwen die bellen voor hun man die liever de stal induikt dan zijn zorgen op tafel te leggen. Uit de enquête blijkt dat 45% dit moeilijk vindt. Schaamte, angst en onmacht spelen hierbij een rol. Liever proberen ze zelf hun problemen op te oplossen dan dat ze hulp zoeken. Het is een aanpak waar boeren bekend om zijn: het zijn werkers, geen praters. Zorgen opkroppen kan echter leiden tot allerlei klachten, van slapeloosheid tot een kort lontje en geen overzicht meer hebben. Een uitsplitsing naar klachten is niet gemaakt bij het onderzoek van Taboer. Dat was ook niet de opzet. Die was om uit te zoeken of het platform in een behoefte voorziet. Volgens de verschillende partners is dat overduidelijk het geval. Reinders: “We blijven er dus mee doorgaan.”