‘EU moet nu mineraalconcentraat snel erkennen’

Wageningen – Niets staat de Europese Unie meer in de weg om mineraalconcentraat te erkennen als kunstmestvervanger. “Alle argumenten liggen op tafel om het de status van kunstmest te geven”. Dat stelt Aike Maarsingh, akkerbouwer en voorzitter van de Stuurgroep Praktijkpilot Biogreen.

Uit de jaren durende praktijkpilot Biogreen is gebleken dat mineralenconcentraat succesvol kan worden toegepast als groene meststof in mais, aardappelen, granen en op grasland. De toepassing is technisch goed mogelijk en voldoet aan de wensen van de akkerbouwers. “Dat is goed nieuws, zowel voor de dierlijke sector als voor de akkerbouwers”, meent Maarsingh. “Het concentraat geeft snel opneembare stikstof en kali aan de gewassen terwijl het fosfaatgehalte heel laag is.”

Uit proefveldonderzoek blijkt dat de stikstofwerking van het mineralenconcentraat ten opzichte van KAS gemiddeld 84 procent bedraagt. Door het ontwikkelen en inzetten van nieuwe machines is de toediening van mineralenconcentraat geen belemmering voor de toepassing, blijkt uit het onderzoek. Verschillende proeven met het aanwenden door nieuwe machines hadden goede resultaten.

Mineralenconcentraat wordt gewonnen uit digestaat. Dat is de reststof uit biovergisters. Door zogeheten ultra filtratie (UF) en omgekeer osmose (RO) worden de mineralen uit de digestaat gewonnen. Voor het toepassen ervan in de pilot kreeg Nederland toestemming van de EU. Bij de Biogreen-proef waren verschillende biovergistingsinstallaties betrokken en werd het concentraat op 20.000 hectare land toegepast. De pilot werd gefinancierd door de provincies Overijssel, Drenthe en Groningen.

Er ligt al een verzoek van het ministerie van EL&I om mineralenconcentraat te mogen toepassen als kunstmestvervanger. “Die erkenning kan, door onderbouwing met dit onderzoek,  nu snel komen”, verwacht Maarsingh. “Ik hoop dat Brussel voor het nieuwe groeiseizoen groen licht geeft. Dan kunnen de veehouders mest gaan leveren aan de vergisters en komt er voldoende concentraat beschikbaar voor de akkerbouwers.”