Foto: Mark Pasveer AlgemeenNieuws

Effectiviteit fosformaatregelen hangt af van omstandigheden

Er is geen eenvoudige landbouwkundige oplossing om op korte termijn het fosforgehalte in oppervlaktewater te verlagen. Dat blijkt uit een inventarisatie van de Commissie van Deskundigen Meststoffenwet (CDM).

De meest perspectiefvolle maatregelen die in 2025 kunnen worden ingevoerd zijn het aanpassen van het bouwplan en bodembedekking. Verder kunnen het aanleggen van randdammetjes of ruggen in het perceel, bufferstroken, het afvangen van fosforuitspoeling via drainage en het opvangen van oppervlakkige afspoeling en sloot- en slootkantbeheer bijdragen aan minder fosfaat. “De effectiviteit van deze maatregelen is sterk afhankelijk van de lokale situatie”, waarschuwt CDM in het rapport.

Inventariseren van mogelijkheden

Het ministerie van landbouw heeft CDM gevraagd te inventariseren welke mogelijkheden er zijn om de fosforconcentratie te verlagen. Aanleiding hiervoor is de situatie bij de aanwijzing van de met nutriënten verontreinigde gebieden (NV-gebieden). Een aantal van deze gebieden is aangewezen omdat de fosforconcentratie in het oppervlaktewater te hoog is, terwijl het nitraatgehalte wel op orde is. Het gaat dan bijvoorbeeld in gebieden in Groningen, Noord- en Zuid-Holland en Utrecht.

In de NV-gebieden worden echter alleen maatregelen genomen op het gebied van stikstof. In NV-gebieden geldt dit jaar een korting van 5% op de totale stikstofgift (dierlijke mest en kunstmest). Volgend jaar geldt een korting van 20% van de stikstofgift. Eerder gaf CDM dat deze stikstofmaatregelen in sommige gevallen zelfs averechts werken op het fosforgehalte.

CDM stelde een groslijst met mogelijke fosformaatregelen op die is gebaseerd op beschikbare literatuur en expert-kennis van onderzoekers. Extensivering en minder nutriëntengebruik en het omzetten van bouwland naar grasland zijn niet opgenomen in de groslijst. Hoewel van deze maatregelen wel effect te verwachten is, wordt dit voor 2025 nog niet als een reëel alternatief gezien. Deze wijzigingen in bedrijfsvoering vragen meer tijd. De maatregelen zouden wel bijdragen aan het verlagen van het fosforgehalte in het oppervlaktewater.

Afhankelijk van lokale situatie

De effectiviteit van de maatregelen is volgens CDM erg afhankelijk van de lokale situatie , zoals grondsoort, hydrologie, gewas, watertype en het beheer van de sloot. Ook speelt de wijze waarop fosfor vanaf het perceel in het water komt een rol. Andere bronnen, zoals kwel en het aandeel van andere bronnen van nutriënten zijn ook van invloed. CDM adviseert daarom per regio te kijken wat de maatregelen zijn die de meeste potentie hebben. Daarbij wordt wel opgemerkt dat van sommige maatregelen het effect op korte termijn beperkt is, terwijl ze op de lange termijn (jaren tot tientallen jaren) wel effectief zijn.

CDM erkent dat de maatregelen negatieve effecten kunnen hebben op het inkomen van de boer. Ze kunnen leiden tot extra kosten voor de boer vanwege hogere mestafzetkosten of investeringskosten, of tot gederfde inkomsten omdat er extensievere teelten geteeld moeten worden.

Wiersma moet besluiten

Het is nu aan landbouwminister Femke Wiersma om een besluit te nemen. Haar voorganger Adema liet al weten dat het ministerie met betrokken partijen in gesprek zou gaan. Ook moet met de Europese Commissie gesproken worden of alternatieve maatregelen in de NV-gebieden een mogelijkheid zijn om de verdere korting van de stikstofgebruiksnorm in NV-gebieden te voorkomen. Eerder wees de Europese Commissie andere voorstellen voor aanpassingen in derogatiebeschikking af.

Reacties

Je moet een account hebben om te reageren

Voordelen van een account:

Krijg toegang tot de beste en meest actuele artikelen.

Discussier mee met collega’s, experts en specialisten.

  1. Ronald Beulink
    11 juli 2024

    Uitgangspunt van deze bureaustudie is dat de landbouw verantwoordelijkheid draagt
    Dat kan juist zijn
    Het is belangrijk om de bijdrage van de landbouw aan de overschrijding van normen exact te meten
    Dan weet je ook dat waarschijnlijk het overgrote deel van het fosfor in oppervlaktewater afkomstig is van overige bronnen zoals riooloverstorten.
    Ik zie graag de gemeten onderbouwing van het aandeel van de landbouw
    Bureaustudies zijn pas waardevol wanneer de gebruikte input kloppend is

  2. P.C. Brand
    11 juli 2024

    er zijn gegevens van onderzoek van het drainwater dat er niets of nauwelijks door de drains uitspoelt. dat was 20 jaar geleden, en toen er nog meer mest/kunstmest op landbouwgrond mocht… alleen de ganzenpopulatie is toegenomen die alles vol schijten en de vervuileenheden( huizen) ook. en niet te vergeten het rioolstelsel word steeds brozer/ouder. grondwerkers hoeven het riool net maar te raken en hij scheurt kapot. vervolgens zijn vele watergangen bedekt met waternavel( wat weer het zonlicht wegneemt,) immers waar die massaal groeiende planten aanwezig zijn kunnen geen kwetsbare plantjes groeien die we zo graag willen zien groeien. heb het nog niet over de amerkaanse rivierkreeftjes die al het waterleven opeten en omwoelen. er zijn zelfs gebieden waar viezer rioolwater / oppervlaktewater door een aangewezen n.v gebied loopt, en er om het vuilere water van dat andere gebied schoner te krijgen. wat nog lukt ook. waar zijn we mee bezig om de landbouw weer in het kwaad daglicht te stellen …