Foto: Mark Pasveer AlgemeenNieuws

CDA dient motie in voor ‘niet genoemde’ interimmers

Het kabinet moet in het eerste kwartaal van 2025 aangeven op welke manier interimmers gelegaliseerd kunnen worden, staat in een CDA-Kamermotie.

Het kabinet moet samen met provincies zo snel mogelijk duidelijk maken op welke manier interimmers gelegaliseerd kunnen worden. Hiertoe dient oppositiepartij CDA samen met VVD, NSC, ChristenUnie en SGP donderdag 19 december een motie in tijdens het laatste stikstofdebat van het jaar in de Tweede Kamer. De partijen willen in het eerste kwartaal van 2025 een antwoord hebben.

Interimmers zijn bedrijven die na de aanwijzing van Natura 2000-gebieden geen NB-vergunning hebben aangevraagd of daarvan door provincies werden vrijgesteld. In tegenstelling tot PAS-melders hebben ze nooit een melding hoeven doen, waardoor interimmers in zekere zin ‘onzichtbaar’ zijn voor provincies.

PAS-melders en interimmers werden in de afgelopen jaren vaak in een adem genoemd. Al kwam er voor beide groepen in de tussentijd nooit een oplossing. In de PAS-meldersbrief die landbouwminister Femke Wiersma eind november naar de Tweede Kamer stuurde, werden alleen de PAS-melders genoemd en niet de interimmers. Dat leidde begin december tijdens het stikstofdebat in de Kamer tot verbazing bij CDA-Kamerlid Eline Vedder.

Interimmers complex dossier

Provincies bevestigen desgevraagd dat ze niet weten hoeveel interimmers ze binnen hun provinciegrenzen hebben. Veel informatie ligt bij gemeenten, geven ze aan. Het dossier blijkt bovendien complex. “Een deel van de interimmers weet niet of ze interimmer zijn”, zegt Herman Litjens van ZLTO. De vraag is ook of ze het willen weten. “Het enige voordeel van interimmers ten opzichte van PAS-melders is dat er niet op ze gehandhaafd dreigt te worden. Ze zijn tenslotte niet in beeld.”

Er is ook niet één type interimmer. De groep is volgens provincies heel divers door de manier waarop in het verleden vergunningverlening heeft plaatsgevonden bij provincies en gemeenten. Ook is onduidelijk of de groep interimmers de laatste jaren gegroeid is doordat PAS-melders zijn afgevallen in het verificatieproces. Dat kan volgens Litjens om meerdere redenen gebeurd zijn. “Het bedrijf is gestopt of heeft de ruimte niet meer nodig, maar er is ook een groep die afgevallen is omdat de stal er al voor 2015 stond. Naar mijn idee bestaat die groep voor 99% uit interimmers.”

Provincies kunnen geen beeld geven van het aantal interimmers in Nederland

LTO-collega Hans Haarsma denkt ook dat de groep interimmers de laatste jaren gegroeid is. “De vraag is: ben je na het verificatieproces een afgewezen PAS-melder of een interimmer? Wij denken het laatste, al kunnen we dit niet onderbouwen.” Provincies zijn het er ook niet over eens. De provincie Noord-Brabant stelt dat het aantal interimmers flink is afgenomen, terwijl de provincies Friesland en Noord-Holland juist laten weten dat ‘groei’ van het aantal interimmers juist wel een mogelijkheid kan zijn. Het ministerie van LVVN is echter duidelijk: afgewezen PAS-melders zijn geen interimmers.

Provincies kunnen geen beeld geven van het aantal interimmers in Nederland. Sommige accountants schetsen een beeld van grofweg honderd tot tweehonderd interimmers. Boerenorganisaties denken juist dat het aantal interimmers veel groter is.