‘Reken je niet rijk, doelenbeleid is geen toverstaf’
Onderzoek wijst uit dat bossen veel meer stikstof vasthouden dan gedacht. Dit zet vraagtekens bij voorspellende modellen en benadrukt dat meten niet altijd gunstiger uitpakt.
In bossen zit veel meer stikstof in de bodem dan gedacht. Dat blijkt uit onderzoek van Wageningen UR. Er is op heel veel plekken gemeten. Op diezelfde plekken was dertig jaar geleden ook al gemeten. En wat blijkt? Bosbodems verwerken twee keer zoveel stikstof als gedacht op grond van berekeningen. En dat is niet goed voor de gezondheid van het bos, daarover zijn alle natuurdeskundigen het wel eens.
Dit is een lelijke tegenvaller. De uitstoot mag dan drastisch afgenomen zijn, het stikstofprobleem is daar kennelijk niet minder van geworden. Je kunt hooguit zeggen dat het probleem zonder die emissiebeperking nog groter zou zijn.
Rekenmodellen onder vuur
Het vertrouwen in voorspellende rekenmodellen wordt hier ook niet groter van. In de landbouw is dat vertrouwen al niet bijster groot. Maar wie nu handenwrijvend zal zeggen: zie je wel, weg met die modellen, die kon wel eens op de koffie komen. Het model was immers te rooskleurig. Meten in plaats van berekenen leidt niet per definitie tot gunstiger uitkomsten.
Landbouworganisaties roepen al enige tijd in koor: ga meten in plaats van berekenen. Ze hopen stiekem dat problemen hierdoor als vanzelf verdwijnen. Maar de praktijk kan anders uitwijzen. Ook de zogeheten natuurdoelanalyses die vorig jaar zijn gedaan door de toen pas ingestelde Ecologische Autoriteit, leidden tot pijnlijke uitkomsten. De natuur was er op veel plekken slechter aan toe dan eerder gedacht.
Bij de roep om echte, realtime metingen hoort bijna altijd ook de wens om zelf te mogen sturen en ‘afgerekend te worden op doelen’. Sectororganisaties, en ook het kabinet, willen hier naartoe. Dit is een sympathieke gedachte, met mogelijk grote voordelen. Maar bij die gewenste overgang van ‘middelenbeleid’ naar ‘doelenbeleid’ zitten ook dikke adders onder het gras.
Wat is precies het verschil tussen ‘middel’ en ‘doel’?
Zo is er de lastige vraag: wat is precies het verschil tussen ‘middel’ en ‘doel’? Het uiteindelijke doel van het nitraatbeleid, bijvoorbeeld, is bewaking van volksgezondheid en milieu. Het middel daartoe is een maximum gehalte aan nitraat in het water. Is dat dan een doel of een middel? En welk doel moet gelden voor de boer? Je kunt hem moeilijk afrekenen op volksgezondheid. Wel op nitraatgehalte. Tenminste, zo lijkt het. Maar heeft hij dat wel zelf in de hand? En wat als hij het niet haalt, ondanks grote inspanningen? Wat als de buurman aan de overkant van de sloot niks doet? Dat voelt ook niet goed.
Doelenbeleid brengt nieuwe uitdagingen
Voor ammoniakuitstoot geldt net zoiets. Welbeschouwd lijkt het huidige depositiebeleid eigenlijk meer op doelenbeleid dan het systeem op basis van individuele emissiedoelen waar iedereen nu om roept. Het gaat tenslotte om vermindering van de stikstofbelasting van natuurgebieden (wat ook weer geen doel op zich is, maar een middel om biodiversiteit te beschermen).
En dan hebben we het nog niet over de kosten van al die metingen. Geheid komt er straks ook veel gedoe over de betrouwbaarheid van die realtime metingen op basis waarvan boeren worden afgerekend.
Er is veel te zeggen over dat doelenbeleid, dat overigens nog lang niet klaar is. Belangrijkste voordeel: het werkt motiverender. Je weet waar je iets voor doet en laat. De boer aan het roer. Maar reken je niet te snel rijk, het is geen toverstaf.