Vreba Melkvee in Vredepeel. Het Brabantse melkveebedrijf De Groot heeft in 2020 beslag laten leggen op grond van Vreba Melkvee. Naar nu blijkt, is later ook beslag gelegd op fosfaatrechten. - Foto: Hans Prinsen RundveeNieuws

Rechtbank: opheffen beslag bij Vreba alleen bij bankgarantie van € 4 miljoen

Vreba Melkvee moet een bankgarantie van € 4 miljoen op tafel leggen om een eind te maken aan het beslag dat door het Brabantse melkveebedrijf De Groot is gelegd op grond van Vreba. Dat heeft de rechtbank Limburg in een kort geding bepaald.

De Groot liet in 2020 beslag leggen op grond van Vreba Melkvee in het Limburgse Vredepeel. Naar nu blijkt, is later ook beslag gelegd op fosfaatrechten van Vreba. Vreba Melkvee wilde dat het beslag zou worden opgeheven, omdat dit een grondtransactie in de weg staat. In ruil daarvoor was het bereid om een bankgarantie van € 1,8 miljoen te geven.

Totale schade De Groot veel groter

De totale schade van het melkveebedrijf, dat in het verleden heeft samengewerkt met Vreba, blijkt echter veel groter. Die bedraagt volgens de schuldeiser inmiddels circa € 4 miljoen. De rechtbank Limburg is het daarmee eens. Daarom moet Vreba eerst een bankgarantie van € 4 miljoen geven als het opheffing van het beslag wil.

De rechter heeft besloten over de voorwaarden voor opheffing van het beslag op grond van Vreba Melkvee. - Foto: Canva / Ekaterina Bolovtsova - Pexels
De rechter heeft besloten over de voorwaarden voor opheffing van het beslag op grond van Vreba Melkvee. - Foto: Canva / Ekaterina Bolovtsova - Pexels

Het Brabantse melkveebedrijf De Groot is een van de schuldeisers van Vreba Melkvee, het grootste melkveebedrijf van Nederland. In 2020 kreeg het Brabantse bedrijf na jarenlange juridische strijd gelijk van de hoogste rechter in Nederland, de Hoge Raad. Het melkveebedrijf was in 2006 een samenwerkingsovereenkomst aangegaan met Vreba Melkvee. Doel was onder meer om het melkquotum en eventueel het bedrijf geruisloos over te dragen. Geruisloos overdragen is fiscaal interessant en kan als beide partijen tenminste drie jaar samenwerken.

Het melkquotum werd echter binnen drie jaar grotendeels verkocht door Vreba Melkvee. De melkveehouder kreeg vervolgens maar een deel van de opbrengst.

Onterechte verrekening op kapitaalrekening samenwerkingsverband

Bovendien werden er volgens de rechter door Vreba Melkvee onterecht bedragen (in totaal € 1,5 miljoen) verrekend op de kapitaalrekening van het samenwerkingsverband. De verrekening was voor de bouw van een melkveebedrijf in de VS. Dit bedrijf zou worden gebouwd door een andere onderneming van de familie Van Bakel, maar dat ging niet door.

Toen uiteindelijk werd besloten om de samenwerking te beëindigen, was het saldo op de kapitaalrekening van het samenwerkingsverband negatief. Dat was zonder verrekening in werkelijkheid niet het geval geweest.

Het geld is naar de VS gesluisd toen de Amerikaanse tak van Vreba in grote financiële problemen verkeerde, aldus advocaat van de melkveehouder, Ad Coppens.

Toen het Brabantse melkveebedrijf vervolgens een beëindigingsovereenkomst tekende, kreeg het als gevolg van de door Vreba gepresenteerde cijfers een onjuiste voorstelling van zaken voorgeschoteld. In deze overeenkomst zou het onder meer weer aandelen krijgen in Amerikaanse melkveebedrijven. Daarbij werd niet alle belangrijke informatie over de financiële gang van zaken van deze Amerikaanse bedrijven verteld. Deze overeenkomst is uiteindelijk op grond van dwaling vernietigd.

Beheer
WP Admin