Teo Wams (55) is directeur natuurbeheer bij Natuurmonumenten. Foto: Koos Groenewold AlgemeenAchtergrond

‘Onderneem met meer liefde voor het landschap’

Natuurmonumenten wil een grondgebonden melkveehouderij? en weidegang. De natuurorganisatie wil hiermee het typische Nederlandse landschap beschermen. Een gesprek met Teo Wams, directeur natuurbeheer.

Natuurmonumenten mengt zich actief in de discussie over de toekomst van de melkveehouderij. Samen met het Wereld Natuur Fonds, Vogelbescherming Nederland, Landschappen NL, Natuur- en Milieufederaties, Stichting Natuur en Milieu en Milieudefensie spreekt ­Natuurmonumenten zich uit voor een grondgebonden melkveehouderij. De organisaties willen dat de sector stopt met verdere intensivering.

Teo Wams, directeur natuurbeheer bij Natuurmonumenten, bemoeit zich als een van de initiatiefnemers van Stichting Weidegang actief met het stimuleren van weidegang. Een opmerkelijke positie van Nederlands’ grootste natuurbeheerder.

Waarom bemoeit Natuurmonumenten zich met de melkveehouderij?

“Wij zijn op de ANWB na de grootste vereniging van Nederland. We houden regelmatig ledenraadplegingen onder onze 719.000 leden. Daaruit blijkt dat ze niet alleen de natuurgebieden die we ­beheren belangrijk vinden, maar ook waarde hechten aan aangename landschappen. De leden verwachten van ons dat we opkomen voor een mooi landschap.

Afgelopen weken ben ik weer verrast over het belang dat burgers hechten aan het landschap. In korte tijd hadden we 100.000 handtekeningen bij elkaar met de actie Baywatch tegen bebouwing aan de kust. Landschap doet iets met mensen.”

U pleit voor grondgebonden melkveehouderij. Waarom?

“De melkveehouderij is door het fosfaatplafond ­gegaan. Daarop moeten maatregelen worden genomen. Zorg in ieder geval voor maatregelen die verdere schaalvergroting niet stimuleren en ontzie bedrijven die niet hebben bijgedragen aan het overschrijden van het plafond, de grondgebonden kleinschalige bedrijven. Of kom in ieder geval met een voorstel dat schaalvergroting niet nog verdergaat.”

Teo Wams is bezorgd over de nieuwe werkwijze voor agrarisch natuurbeheer, die dit jaar in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van start gaat. Foto: Koos Groenewold

Teo Wams is bezorgd over de nieuwe werkwijze voor agrarisch natuurbeheer, die dit jaar in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van start gaat. Foto: Koos Groenewold

 

De zuivelsector wil zich juist verder ontwikkelen?

“Je moet je afvragen of de ratrace van zo goedkoop mogelijk zo veel mogelijk melk produceren voor de wereldmarkt de juiste strategie is voor de Nederlandse melkveehouderij. Of kun je beter gaan voor de kwaliteit van het product en van het landschap waar dit wordt geproduceerd? Wij gaan voor het laatste.

Ik zie dat de sector intern ook in debat is over de toekomst. Kijk naar Netwerk Grondig, de Natuurboeren en melkveehouders die met agrarisch natuurbeheer bezig zijn. Steeds meer mensen in de sector vragen zich af of meer en groter het spoor is waarop de zuivelsector moet doorgaan.”

Kunnen we nog terug?

“Hoe lang moet je nog verdergaan? De schaalvergroting is al in een behoorlijk stadium gevorderd. Als je het schaalverschil ziet tussen natuurgebieden en de landbouwgebieden daaromheen, is dat enorm. Je kunt je daarbij afvragen hoe ver dit nog verder moet gaan. Je kunt er ook voor kiezen het landschap juist weer mooier te maken.”

U komt op voor het landschap. Bent u ook voor een landelijk verbod op megastallen?

“Het gaat ons uiteindelijk niet om de schaal van een bedrijf in economische zin. Wij kijken vooral naar het effect van een bedrijf op de natuur en het landschap. Dan kijk je naar de wijze van grondgebruik en bijvoorbeeld het opruimen van houtwallen, maar dan kijk je ook naar de inpasbaarheid van stallen in het landschap. De verantwoordelijkheid van die planning ligt bij gemeenten en provincies. Die moet je niet overrulen met nationale verboden en geboden. Dat moet je regionaal regelen.

Wat we wel zien is dat gemeenten vaak niet bestand zijn tegen de druk van de initiatiefnemers. De provincie heeft daarin een belangrijke rol te vervullen. We zijn niet voor een landelijk verbod, maar het gaat mij er vooral om dat mensen erbij betrokken zijn en dat mensen erover kunnen meepraten. Het is niet de landbouw versus de rest. Bij een plan voor een megastal in Wichmond (Gld.) zagen we dat ook boeren in de omgeving ons ondersteunden in de strijd tegen schaalvergroting en vernietiging van het landschap.”

In het belang van het behoud van natuur en landschap wil Teo Wams een betere samenwerking tussen boer en natuur. Foto: Mark Pasveer

In het belang van het behoud van natuur en landschap wil Teo Wams een betere samenwerking tussen boer en natuur. Foto: Mark Pasveer

 

U wilt schaalvergroting in de melkveehouderij stoppen. Welk effect heeft de schaalvergroting?

“Het effect is enorm. De ontwikkelingen zijn afgelopen decennia geleidelijk gegaan. Denk maar aan kleine ruilverkavelingen en het opruimen van houtwallen. Als je 30 jaar terugkijkt, was een landschap vaak nog kleinschalig met houtwallen en hobbelig grasland. Dat is nu vaak rechtgetrokken met drainage, zonder sloten en houtwallen en grasland zo straks als een biljartlaken. In de natuurgebieden is dat kleinschalige landschap er nog. Het contrast met de agrarische omgeving is hierdoor heel groot geworden.”

Is dat slecht?

“Je zou willen dat er met meer liefde voor het landschap werd gehandeld. Het is niet slecht dat een boer probeert de productieomstandigheden op zijn bedrijf te optimaliseren. Maar je moet je wel realiseren dat het landschap niet alleen productiefactor is voor een agrarisch bedrijf, maar ook recreatiegebied en leefruimte voor mensen, planten en dieren.”

Maar dat levert een boer niets op.

“Dan zit je weer in het economische model van turbo en zo groot en goedkoop mogelijk. Of wil je naar een model met ook een ander doel?”

Hoe kan natuur de landbouw helpen om kwalitatief vooruit te gaan?

“De bodem is een levend iets dat produceren mogelijk maakt. In een aantal hoogproductieve landschappen is de bodem zo uitgemergeld dat zijn natuurlijke weerstand eronder lijdt. Dit is op de lange termijn een echte bedreiging voor de landbouw.”

Foto: Mark Pasveer

Foto: Mark Pasveer

 

Welk effect heeft de landbouw op de natuur?

“Nederland is een vol land. 73% is landbouwgebied, natuur maakt maar 15% deel uit van het grondoppervlak. Doordat er structureel te veel stikstof wordt uitgestoten, met name vanuit de landbouw, is de milieudruk op natuurgebieden groot. Typisch Nederlands hebben we hier met het Programma Aanpak Stikstof (PAS) een heel ingewikkelde set maatregelen op gevonden om de stikstofuitstoot geleidelijk te verlagen en tegelijkertijd de natuur robuuster te maken zodat deze zich beter kan weren tegen de hoge uitstoot van stikstof.”

Wat verwacht u van het PAS?

“We kijken met zorg. De melkveestapel is gegroeid door afschaffing van het melkquotum. De vraag is of de dalende trend van stikstofuitstoot die is afgesproken in het PAS ook gehaald wordt. Als ik nu kijk, kan ik daarover niet optimistisch zijn. Tegelijkertijd denk ik: afspraak is afspraak. Ik denk wel dat de landbouw alles uit de kast moet halen om daadwerkelijk tot een daling van stikstofuitstoot te komen.”

Hoe ziet uw ideaalplaatje van Nederland eruit?

“In Nederland willen we mooie natuur en bloeiende landbouwbedrijven. Nederland is in een paar opzichten heel speciaal. Het is vlak en dus kun je overal landbouw bedrijven. Het is dichtbevolkt, dus de concurrentie om grond is groot. De vervuiling is in Nederland groot. Tegelijkertijd hebben we als delta van Europa unieke natuur, die we nergens anders vinden. We hebben de verantwoordelijkheid om die te beschermen. De natuur dus maar ergens anders doen, is geen optie.
We zoeken naar een inrichting van het land waarin ruimte is voor natuur en landbouw.”

Foto: Mark Pasveer

Foto: Mark Pasveer

 

“Natuurmonumenten heeft prachtige natuurreservaten en Nederland heeft prachtige landschappen. Maar deze staan wel onder druk, onder meer door de intensivering van de landbouw. We zoeken naar een situatie met mooie natuurgebieden waarbij de milieudruk op die natuurgebieden acceptabel is en waar een vorm van landbouw is die het typisch Nederlandse landschap respecteert. De natuur moet ook een goede plek hebben. Tegelijk willen we heel graag goede buren zijn en goed samen optrekken.”

Hoe wilt u samenwerken?

“Door agrarisch natuurbeheer toe te passen in de directe omgeving van natuurgebieden. Dat zorgt voor meer kans op succes. Ook kan een boer specifiek kiezen om natuurboer te worden.”

Alleen nog natuurboeren kan ook niet de bedoeling zijn.

“Het cruciaalste is dat er een florerende landbouw is en een vitale natuur. Het is belangrijk dat je dat over en weer zegt, maar ook dat je dat nakomt. De consequentie hiervan is dat wij niet zeggen dat Nederland een groot natuurgebied moet worden. Maar dan verwacht ik ook van de landbouw dat die niet zegt dat het beter zou zijn als de natuurgebieden er niet lagen, want dan konden we lekker doorproduceren. Het vergt terughoudendheid aan beide kanten.”

Beheer
WP Admin