Kamermeerderheid bereid tot steun aan opkoopregeling koeien vanwege druk op mestmarkt
Een ruime meerderheid van de Tweede Kamer is voor overheidssteun aan een opkoopregeling voor melkvee om de druk op de mestmarkt op korte termijn te verlagen.
Melkveehoudersorganisaties en de NZO werken aan een plan om begin volgend jaar melkveehouders de mogelijkheid te bieden om op vrijwillige basis tegen een vergoeding hun veestapel te verkleinen om zo de druk op de mestmarkt te verlagen. De druk loopt steeds verder op door afbouw van derogatie. De regeling zou in maart open moeten gaan.
Over de financiering van de partiële stoppersregeling is veel discussie. Sectorpartijen zien geen draagvlak om het vanuit de melkveehouderij te bekostigen. Tijdens het debat in de Tweede Kamer vorige maand werd duidelijk dat de minister wel open staat voor ondersteuning aan een regeling. Daar moeten dan wel blijvende maatregelen tegenover staan. Dat is in de vorm van het doorhalen van de fosfaatrechten die veehouders dan inleveren.
Wie betaalt de opkoopregeling?
Een ruime meerderheid is ook voor steun aan een snelle opkoopregeling, maar over de mate waarin de overheid de portemonnee moet trekken, zijn de meningen verdeeld. Dat geldt zeker nu er nog geen concreet plan ligt. VVD en NSC zijn zeer terughoudend en zien graag alleen een vergoeding voor de opgekochte fosfaatrechten. Oppositiepartij CDA en coalitiepartij BBB zien liever een ruimere regeling. BBB wil geen sigaar uit eigen doos voor melkveehouders. De melkveeorganisaties en NZO pleiten voor een plan waarbij de overheid de opkoop regelt en de sector en het bedrijfsleven voor flankerend beleid zorgt. Gesprekken hierover zijn echter nog in volle gang.
NSC’er Harm Holman is positief over een plan voor opkoop van koeien, maar ziet nadrukkelijk alleen een rol voor de overheid bij de opkoop van fosfaatrechten. Voor het overige deel legt hij de verantwoordelijkheid bij de sectorpartijen zelf. Het argument van de zuivelsector dat ze niet zelf haar krimp wil betalen gaat volgens Holman niet op.
Holman: “Door de mestproductieplafonds, de klimaat- en stikstofdoelen komt er hoe dan ook minder melk. Dat kun je georganiseerd doen of het laten aankomen op een generieke korting. De zuivelsector kan dat mijns inziens niet ongeorganiseerd laten gebeuren. De melkprijs is afgelopen jaar 15 cent gestegen. Als je daarvan 1 cent besteedt aan opkoop van koeien, heb je al 140 miljoen euro om de vrijwillige reductie te financieren. Het geeft ook blijvende boeren en bijvoorbeeld PAS-melders ruimte.”
‘Generieke korting zonder ingrijpen onafwendbaar’
NSC’er Holman voorziet dat een generieke korting zonder ingrijpen onafwendbaar is. Van de afroming is weinig te verwachten, nu veel veehouders voor 1 januari nog dierrechten kopen. Uit de LBV-regelingen is een krimp van 2,5% van de veestapel te verwachten, in plaats van de benodigde 9%. Er zal dus hoe dan ook iets moeten gebeuren. Holman is positief dat de sector daarover in gesprek is, maar vindt dat de zuivel de verantwoordelijkheid daarbij ook echt zelf moet nemen. De overheid kan daar wel aan bijdragen door bijvoorbeeld fosfaatrechten op te kopen.
Als er veel boeren zijn die 20% willen krimpen, levert dat ook veel mestreductie op
VVD’er Thom van Campen zou de partiële beëindiging wel onder willen brengen in de nieuwe brede beëindigingsregeling. “Als een soort zijspan in de regeling. Als boeren een deel van hun vee afstoten sluit dat mooi aan bij de doelstellingen van extensivering. Het zou zonde zijn als we de mogelijkheid om tot minder mestproductie te komen door boeren die willen krimpen niet zouden benutten. Vele handen maken licht werk. Als er veel boeren zijn die 20% willen krimpen, levert dat ook veel mestreductie op.”
Voorwaarde van overheidsfinanciering is voor Van Campen wel dat de fosfaatrechten worden doorgehaald. Ook wijst hij erop dat het budget beperkt is. In eerste instantie denkt hij alleen aan een overheidsvergoeding voor de fosfaatrechten, al sluit hij andere keuzes niet uit. “Dat is uitwerking”, aldus de politicus.
BBB: geen sigaar uit eigen doos
BBB’er Cor Pierik ziet opkoop niet als belangrijkste oplossing, maar zegt wel open te staan voor de mogelijkheid om partiële opkoop van koeien te financieren met overheidsgeld, maar dan moeten sectorpartijen wel met een goed en breed gedragen plan komen. “Het moet geen sigaar uit eigen doos zijn”, vindt Pierik.
Jeanet Nijhof van de PVV staat er eveneens welwillend tegenover. “Als er draagvlak is vanuit de sector en er ligt een goed plan dat bijdraagt aan het oplossen van het probleem voor de boeren, dan moeten we daar zeker goed naar kijken. We moeten daarbij natuurlijk wel binnen de begroting blijven”, aldus Nijhof over ondersteuning aan een partiële beëindigingsregeling.
GroenLinks-PvdA: structuurverandering nodig
CDA’er Eline Vedder is ook voorstander van een opkoopregeling. Ze is positief dat de sector werkt aan een plan, maar vindt dat er ook nadrukkelijk een rol voor de overheid ligt. “Ik zie niet in waarom er wel publiek geld kan worden gestoken in brede beëindigingsregelingen en niet in gedeeltelijke beëindigingsregelingen. De overheid zou daarom wat haar betreft de fosfaatrechten én gederfde inkomsten moeten vergoeden. “Als dat met sectorgeld moet gebeuren, betaalt de boer dat uiteindelijk alsnog zelf.” Met alleen een vergoeding voor fosfaatrechten verwacht Vedder niet dat boeren geneigd zouden zijn om deel te nemen aan een regeling.
Als dat met sectorgeld moet gebeuren, betaalt de boer dat uiteindelijk alsnog zelf
Laura Bromet van GroenLinks-PvdA is positief dat de sector werkt aan een plan omdat ze zich daartoe gedwongen voelt, maar liever had ze gezien dat de overheid haar verantwoordelijkheid had genomen om de boeren uit deze problemen te helpen. Het idee van de sector dat een tijdelijke oplossing kan helpen, deelt de politica niet. “Stilstand helpt de sector niet, er is een structuurverandering nodig”, vindt ze. Bromet zou ook liever zien dat het budget geïnvesteerd zou worden in de blijvende boeren, in plaats van dat het naar stoppersregelingen gaat. “Dat leidt alleen maar tot heel rijke boeren in het bejaardenhuis”, aldus Bromet. De politica vindt dat de sector en overheid samen de veestapel zullen moeten verkleinen.
De Tweede Kamer debatteert donderdag 19 decmeber opnieuw in een kort debat over het mestbeleid.