Hogere graanproductie en meer consumptie door mais

De FAO mikt voor het seizoen dat 1 juli begint – inclusief rijst – op een totale graanproductie van 2.813 miljoen ton. Dat is een toename van 1% vergeleken met de oogst van het afgelopen jaar. Mais levert de belangrijkste bijdrage aan die toename, gevolgd door rijst en sorghum. De productie van tarwe en gerst blijft volgens de huidige verwachtingen lager dan in het seizoen 2022-’23.

De wereldwijde graanconsumptie wordt het komende seizoen geschat op 2.803 miljoen ton. Het verbruik laat daarmee een vergelijkbare groei zien als de productie. Vooral de consumptie van korrelmais neemt toe, verwacht de FAO. En met name de afzet van mais in het veevoer neemt toe. Wat de humane consumptie betreft, rekent de FAO op een grotere consumptie van tarwe en rijst.

Iets grotere graanvoorraden verwacht

Hoewel productie en consumptie in vergelijkbare mate toenemen, verwacht de FAO dat de graanvoorraden aan het einde van het seizoen wel wat groter zullen zijn. Nu mikt de wereldvoedselorganisatie nog op een toename van de voorraad met 1,7% naar een recordhoeveelheid van 873 miljoen ton. Ook daarin neemt mais het voortouw. Daarnaast worden er grotere voorraden verwacht van gerst en rijst. Aan het einde van het nieuwe seizoen vallen de voorraden tarwe en sorghum naar verwachting wat kleiner uit.

De wereldwijde tarweproductie komt volgens de nieuwste prognose van de FAO uit op 776,7 miljoen ton. Dat is ruim 8 miljoen ton minder dan de raming van vorige maand. De oogst valt daarmee kleiner uit dan het record van ruim 800 miljoen ton het afgelopen jaar.

Ook meer consumptie graan

Met de nieuwe oogstverwachting komt tarwe uit op een vergelijkbaar niveau als in de seizoenen 2020-’21 en 2021-’22. Belangrijk verschil met die seizoenen is dat de consumptie wel verder toenam. Komend seizoen wordt de consumptie op ruim 780 miljoen ton geraamd. Daarmee valt het verbruik hoger uit dan de graanproductie en dat brengt met zich mee dat de voorraden afnemen.