Partner
Foto: Phodé VarkensPartner

Hoe moet het verder met onze varkensstaarten?

In 2022 is het nog altijd een uitdaging om varkensstaarten intact te houden. Gezien de groeiende aandacht voor dierenwelzijn en de economische verliezen rijst de vraag hoe we de uitdaging van het staartbijten in de varkensproductie kunnen aanpakken.

Omdat het risico op staartbijten groot is, worden in de meeste Europese landen nog altijd staarten gecoupeerd. Niet zonder reden, want staartbijten heeft verstrekkende gevolgen voor economie en dierenwelzijn.

Volgens een recente studie van Niemi et al. bedraagt het economisch verlies maar liefst € 2,30 per geslacht varken (ongeveer 1,6% van de karkaswaarde) bij slechts 10% staartbijtletsels. Nog afgezien van de kosten is staartbijten zeer moeilijk te voorspellen. De risicofactoren zijn talrijk en uiteenlopend van aard. Wanneer het staartbijten eenmaal begint, is het nog zeer moeilijk te stoppen.

Het coupeerverbod baart producenten en onderzoekers dan ook veel zorgen, te meer omdat de sociale druk en de belangstelling voor dierenwelzijn toenemen. Wat zijn dan de oplossingen? Kennen alle landen dezelfde moeilijkheden?

Staartcouperen: een routine

Sinds 1994 is het routinematig staartcouperen bij biggen wettelijk verboden in Europa. De wetgeving werd meermaals gewijzigd en grondig geactualiseerd door de richtlijn 120/2008/EG. Ondanks dit alles wordt staartcouperen nog altijd geduld omdat deze praktijk het staartbijten vermindert. Het couperen blijkt bovendien een veel kleiner acuut risico voor het dierenwelzijn in te houden dan uitbraken van staartbijten. In Europa hebben alleen Finland en Zweden (sinds 2003) het staartcouperen volledig verboden. Deze landen bevelen aanvullende specifieke maatregelen aan zoals:

  • verrijkingsmaterialen (stro) geven;
  • voor een goede luchtkwaliteit en een comfortabele temperatuur zorgen;
  • voor voldoende ruimte zorgen (0,9 m²/varken in de afmestperiode en geen volledige roostervloer);
  • optimale omstandigheden voor het voeren.

In deze landen kunnen varkens met intacte staart worden gehouden. Belangrijk is ook dat de prijzen van het varkensvlees in Finland minder schommelen dan in andere Europese landen, zodat de landbouwers over een grotere marge beschikken om in hun kwekerij en hun installaties te investeren.

Hoe zit dat in de andere landen? In 2019 introduceerde Duitsland het nationale actieplan ‘Kupierverzicht’ waarbij specifieke beheersmaatregelen ter beheersing van risicofactoren werden beoordeeld. Houders die voor deze aanpak opteerden, ontvingen een extra winst per geproduceerd varken met intacte staart. In 2019 maakte dit 1,5% van de totale varkensproductie uit. In Frankrijk en Spanje is er geen specifiek plan met beloningen, maar we zien dat meer en meer bedrijven proberen varkens met intacte staart te houden.

Waarom bijten varkens eigenlijk?

Die vraag lijkt misschien gemakkelijk te beantwoorden, maar ze is het niet. Net zoals andere destructieve gedragingen (bv. stangbijten bij zeugen) is staartbijten een symptoom van stress. In 1925 sprak de arts Hans Selye als eerste over stress, die hij omschreef als een niet-specifieke respons van het lichaam op eender welke eis van de omgeving. ‘Eis’ verwijst in dat verband naar stressoren, en respons naar Algemene Adaptatiesyndromen (Figuur 1) die in 3 fasen verlopen (Selye, 1950):

  • alarmreactie
  • weerstand
  • uitputting

De alarmreactie volgt meteen na de stressor, en dieren zullen dan vluchten of vechten. Als er voldoende ruimte is, kunnen ze weglopen, anders zullen ze moeten vechten. De problemen beginnen wanneer dieren zich niet kunnen aanpassen. Wanneer de meeste varkens weer tot rust komen, gaan sommige over naar het derde stadium – uitputting – waarbij het dier een ‘breekpunt’ bereikt. Op dat ogenblik zien we mogelijk specifiek gedrag, zoals staartbijten. Dat verhoogt verder het stressniveau bij de gebeten varkens, waardoor ze zelf ook uitputting ervaren. Uit deze analyse van de stressrespons leren we dat er bij de beheersing van het staartbijten 2 parameters een rol spelen: de beheersing van de externe stressoren en het weerstandsniveau van het varken.

Figuur 1: Algemeen Adaptatiesyndroom (Selye, 1925)
Figuur 1: Algemeen Adaptatiesyndroom (Selye, 1925)

3 types staartbijten

Het FAWEC (Spanje) beschrijft 3 types staartbijten. Omdat varkens foerageergedrag vertonen, is het eerste type bekend als ‘tweetraps’ staartbijten. Dit gedrag veroorzaakt geen schade. Bij het tweede type, bekend als ‘plotseling agressief staartbijten’, wordt hard in de staart van het varken gebeten zonder een duidelijke voorafgaande ‘sabbelperiode’. De varkens bevinden zich dan in het begin van het uitputtingsstadium. Het laatste type wordt beschreven als ‘obsessief staartbijten’, waarbij grote bijters zich in een gevorderd stadium van uitputting bevinden. Zoals eerder opgemerkt, kunnen varkens die type 2 en type 3 hebben bereikt, niet tot rust komen. Een vroegtijdige identificatie van het (de) bijtende varken(s) is dan ook essentieel om een uitbraak te voorkomen. Het Franse IFIP ontwikkelde een scoreschaal om staartbijten te monitoren.

Evenwicht vinden tussen stress en weerbaarheid

Iedereen weet dat er geen wondermiddel bestaat tegen staartbijten. Het couperen werd niet voor niets toegepast. Teruggaan naar het verleden is echter geen gemakkelijke stap omdat de industrialisering van de varkensproductie al tot lagere welzijnsnormen heeft geleid (grotere dichtheid, roostervloeren en weinig verrijkingsmateriaal). Het houden van varkens met hun staart is mogelijk als er een goed evenwicht is tussen externe stressoren en interne factoren (Figuur 2).

Risicofactoren voor staartbijten.
Risicofactoren voor staartbijten.

Aandacht voor externe factoren is cruciaal als u uw varkens met hun staart wilt houden. Toch kan de beste varkenshouder nog met uitbraken van staartbijten worden geconfronteerd vanwege het dier zelf. Stressgevoeligheid is immers een individuele parameter. Voor de veiligheid van uw dieren is het essentieel dat u daar rekening mee houdt.

Weerbaarheid verhogen

Een goede interactie tussen mens en dier en tussen dieren onderling is belangrijk om het aanpassingsvermogen van een dier te verhogen. Een dier dat vertrouwd is met zijn omgeving, zal beter en sneller op stressoren reageren.

Een tweede punt is het rechtstreeks verhogen van de weerbaarheid van uw dier wanneer het met stress wordt geconfronteerd. Phodé ontwikkelde daartoe een specifieke neurosensorische oplossing. Dankzij het werkingsmechanisme via de hersenen kan de activiteit van de serotoninerge neuronen rechtstreeks worden verhoogd. Het dier reageert hierdoor sneller en beter op stress, zelfs op lange termijn.

In een studie, in het Canadese Prairie Swine Center uitgevoerd op 336 nieuw gemengde vleesvarkens (D0 = dag van het mengen), nam het agressieve gedrag significant af (gemiddelde duur van bedreigingen op D1 Controle=1,2 s. vs. Test=0,9 s.; p<0,001). Bijgevolg daalde het aantal huidletsels aanzienlijk vanaf de tweede dag na het mengen (Figuur 3) en bleven de prestaties van de dieren op peil (gem. Controle FI = 2,45 kg/d vs. Test FI 2,53 kg/d; p<0,05).

Gemiddeld percentage varkens met matige tot ernstige huidletsels.
Gemiddeld percentage varkens met matige tot ernstige huidletsels.

Wat de wet hier ook over zegt, een einde stellen aan staartbijten is en blijft een uitdaging. Een preventieve en globale aanpak van externe en interne factoren is essentieel om dat doel te bereiken.

Beheer
WP Admin