Extern salderen lukt sinds begin 2023 nauwelijks meer
Extern salderen, het overnemen van stikstofruimte van stoppende bedrijven, is effectief, maar door natuur, politiek en rechtszaken vaak beperkt uitvoerbaar. Evaluaties wijzen op hoge administratieve lasten en gebrekkige monitoring.
Het instrument extern salderen – het overnemen van stikstofruimte van een bedrijf dat geheel of gedeeltelijk stopt – is an sich doeltreffend. Toch zorgen de staat van de natuur, de politiek en rechtszaken ervoor dat extern salderen in veel gebieden niet of beperkt mogelijk is. Vooral sinds begin vorig jaar. De vaak slechte resultaten van natuurdoelanalyses waren hier destijds debet aan. Dat staat in de evaluatie Extern salderen in opdracht van het ministerie van LNV. In de periode eind 2020 – eind 2022 werd nog wel regelmatig extern gesaldeerd, en dat gold ook voor veehouderijen.
In de natuurdoelanalyses van begin 2023 is op verschillende plekken geconcludeerd dat verslechtering van de natuur niet kon worden uitgesloten. Ook waren onvoldoende maatregelen vastgesteld voor behoud van de natuur. Dit zorgde voor een kentering in het extern salderen. Ook omdat lastig onderbouwd kan worden dat stikstofdepositiedaling van saldogevers niet nodig of aanvullend is voor de natuur.
Vooral de praktijk is weerbarstig
Het is echter vooral de praktijk die weerbarstig is. In de evaluatie staat ook dat extern salderen de negatieve effecten op een Natura 2000-gebied verzacht. Daarmee wordt aan de vereisten voor een natuurvergunning voldaan; een economische activiteit zonder extra negatieve gevolgen voor stikstofgevoelige soorten en habitats onder de Vogel- en Habitatrichtlijn.
In de evaluatie staat ook dat het lastig te bepalen is of de kosten van extern salderen in verhouding staan tot de resultaten. Er zijn substantiële administratieve lasten voor zowel initiatiefnemer als overheid. Ook moeten initiatiefnemers vaak een financiële vergoeding betalen aan de saldogever voor het laten wijzigen of beëindigen van een bedrijf waardoor de in te zetten stikstofruimte vrijkomt.
Weinig inzicht in extern salderen
Extern salderen ligt politiek en maatschappelijk onder een vergrootglas, maar is weinig inzichtelijk, blijkt uit de evaluatie, en dat moet beter. Het instrument wordt niet of beperkt gemonitord. Dat komt vooral omdat er alleen een aanvraag wordt gedaan voor een natuurvergunning met een activiteit, niet voor extern salderen zelf. Soms zijn bovendien al eerder afspraken over het salderen gemaakt. De gebrekkige informatievoorziening geldt nog sterker voor de neveneffecten van extern salderen, zoals bijvoorbeeld leegstand. Daar wordt informatie structureel niet of nauwelijks bijgehouden. In de evaluatie wordt verder gepleit voor informatie-uitwisseling over overeenkomsten voor het verkrijgen van stikstofruimte door overheden. Aan zo’n overzicht ontbreekt het nu nog en dat komt door de grote diversiteit aan overheden. Afspraken zijn nodig over welke informatie wenselijk is om bij te houden en wie daar verantwoordelijk voor wordt.
Alleen Schiphol lukt nog maar…
allen nog bij schiphol