RundveeNieuws

Elanco: eenderde melkkoeien subklinische ketose

Houten – Onderzoek op melkveebedrijven in Nederland toont aan dat 38 procent van de melkkoeien aan subklinische ketose lijdt. Deze koeien lopen na het afkalven een verhoogd risico op onder andere gezondheidsstoornissen zoals aan de nageboorte staan, lebmaagverplaatsingen en klinische ketose. Dat meldt farmaceut Elanco.

Tijdens onderzoek van de diergeneesmiddelenfabrikant werden 460 koeien op 13 Nederlandse melkveebedrijven getest. De gemiddelde prevalentie van verborgen ketose in Nederland bedroeg 38 procent. Tussen de afzonderlijke veestapels waren grote verschillen waarneembaar. Percentages varieerden van 5  tot 67 procent.

Elanco voert het onderzoek naar subklinische ketose pan-Europees uit om de prevalentie en de gevolgen van de ziekte op de gezondheid en prestaties van veestapels in kaart te brengen. Tussen juli 2011 en januari 2012 zijn in Duitsland, Italië, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Nederland 2.489 koeien op 74 bedrijven getest. Om te bepalen of er sprake was van ketose is met behulp van de Keto-Test 7 tot 21 dagen na het afkalven het gehalte betahydroxyboterzuur (BHBZ) gemeten in de melk. Bij BHBZ-waarden van meer dan 100 µmol/liter werd een positieve diagnose gesteld.

Het Europese onderzoek toonde aan dat koeien die positief testten op ketose met de Keto-Test 1,7 keer meer complicaties hadden tijdens het afkalven; 2,2 keer meer aan de nageboorte bleven staan (RFM); 1,8 keer meer melkziekte hadden; 4,5 keer meer spijsverteringsstoornissen; 2,3 keer meer risico liepen op mastitis; 2,7 keer meer risico hadden op een lebmaagverplaatsing; 11,5 keer meer risico hadden op klinische ketose; en een kleine maar significante neiging vertoonden tot het ontwikkelen van meer baarmoederontstekingen.

Beheer
WP Admin