RundveeAchtergrond

De wei in

De melkveehouder moet weer in de wei: met de graslandstudieclub. Dan komt de koe vanzelf.

“De melkveehouder doet veel goed, maar er is nog geen sprake van massale weidegang.” Dat zei Jan Cees Vogelaar dinsdag 2 november in De Rode Hoed in hartje Amsterdam, Hij deed dat tijdens de derde avond van de thema discussie ‘de prijs van ons voedsel’ tegenover een volle zaal, waarin dit keer veel boeren. Maar het waren niet alleen melkveehouders, ook een brede vertegenwoordiging uit de zuivelwereld was getuige.

Iedereen wil de koe in de wei

Het klonk eigenlijk uit de mond van alle sprekers: de koe hoort in de wei. Econoom Cees van Bruchem wist met een opsomming van de ontwikkeling in aantallen dieren en productie per bedrijf nog wel duidelijk te maken dat we nu minder bedrijven en koeien hebben dan ooit met een veel hogere productie-efficiëntie. Dat daarmee nauwelijks een inkomen te verdienen, komt door de achtergebleven melkprijs bij een tegelijkertijd sterk gestegen inkomen van een ieder die geen boer is geworden. Juist daarom zijn de bedrijven groter. En met grotere aantallen koeien – meer dan 80 – is het rendabeler om ze in de stal te houden. Omdat je dan de mineralenhuishouding van de koe met beperking van looptijden naar de wei, robotisering en mineralenhuishouding van het bedrijf beter kunt managen. De grote melkveehouder weet niet meer om te gaan met goed weidebeheer. In de melkveehouderij regeert de studieclub van de economie.
De feiten brengen Van Bruchem ertoe aan te geven dat de moderne melkveehouderij het beste gedijt in de stal – zeker in de modernste types. En daarna spreekt zijn hart: “Een koe heeft 4 poten, een brede bek en een lange tong” zegt hij, “en is dus gemaakt om te grazen”. En hij vervolgt met een zucht dat het nieuwe vrijheidblijheid kabinet weidegang niet zal verplichten. Dan komt hij met zijn laatste redmiddel: de GLB premies na 2013 toedelen aan weidegang. Ik ben benieuwd hoe de melkveehouder gaat rekenen als de toeslagen op de weidegang gelegd worden – besluit Van Bruchem. Waarop de zaal van vele kanten inhaakt alsof het al geregeld is.

Koeien eten geen krachtvoer

Voor Jan Cees Vogelaar uit Flevoland, die naast energie, recreatie, natuur en vruchtwisseling ook nog wat melk produceert, komt dat goed van pas. Maar de huidige steun per bedrijf toekennen aan weidegang levert een onevenredige vergoeding op per ha. In Flevoland is de melkproductie per ha immers veel hoger dan in Waterland. Een kwestie die goed geregeld moet worden, waar LTO Nederland zich wel voor wil inzetten maar niet zonder voorbehouden. Los van deze discussie produceerde Jan Cees Vogelaar ook nog imago met beelden van bier, chocola en suiker. ‘Koeien eten geen krachtvoer – ze eten resten uit de voedingsindustrie en misschien nog 2 procent soja.’ Wij – zo zei hij, waarbij hij zich door de 40 melkveehouders gesteund wist – wij aborteren onze koeien niet, wij couperen niet, gebruiken geen BST, doden onze nuchtere kalveren niet en gebruiken weinig antibiotica. Het enige dat ontbreekt, is alle koeien in de wei.

Goede discussie

Sjoerd van der Wouw van Wakker Dier had hier niet veel aan toe te voegen. De stichting die zo fel strijdt tegen de intensieve veehouderij, streeft naar productie voor de eigen regio, met minder dieren. “Je gunt jezelf toch het beste. Voor een paar cent meer per liter kan de Nederlandse boer zijn dieren beter verzorgen. Met weidegang als eerste.” Van der Wouw doet daarbij een beroep op de melkveehouderij om mee te doen.

De discussie was prachtig om aan te horen. Deskundig – snel – to the point gehouden door Felix Rottenberg. Maar mijn conclusie van deze avond is niet dat de koe in de wei moet. Nee, eerst moet de melkveehouder weer in de wei: met de graslandstudieclub. Dan komt de koe vanzelf.

Beheer
WP Admin