Wroetvarkens in stal. Een bekend dierhouderijsysteem voor de varkenshouder, de consument heeft daarover eigen ideeën. - Foto: Ronald Hissink VarkensNieuws

Consument nog weinig kennis van diervriendelijke houderij

Met de opkomst van nieuwe dierhouderijsystemen als strostallen, wroetstallen en vrije uitloopstallen is het onder varkenshouders wel duidelijk wat het houderijsysteem inhoudt. De consument daarentegen heeft vaak geheel andere ideeën over de verschillende houderijsystemen.

Dat blijkt uit een onderzoek van de universiteit van Göttingen (D.) in opdracht van het ministerie van landbouw van Nedersaksen. Gevraagd werd welke verwachtingen een bepaald systeem opriep en of de genoemde termen als positief ervaren werden. Ook werd de geënquêteerden gevraagd of de termen hun winkelgedrag beïnvloeden.

Vooral vrije uitloop bekend

Uit het onderzoek kwam naar voren dat meer dan de helft van de ondervraagden een goed idee heeft van de verschillende benamingen van stalsystemen. Een open huisvesting en grasvarkens presteerden met respectievelijk 48 en 43% het best. Consumenten gaan er hierbij vanuit dat de varkens ook daadwerkelijk buiten komen.

Een kwart kon zich wat bij een strostal, wroetstal of Aktivstall voorstellen. Bij strostal kan men zich voorstellen dat de varkens op stro liggen, maar weinig ondervraagden hebben een beeld van hoe dergelijke stallen eruit zien. Het idee dat varkens op stro worden gehouden geeft echter wel een positieve reactie. Een dergelijke stal moet wel goed voor het dierenwelzijn zijn.

Gehanteerde benaming onduidelijk

De ondervraagden hebben sowieso problemen om extensieve landbouw te duiden. 14% verwacht meer dierenwelzijn, maar nog eens 14% stelt dat extensieve landbouw bio-industrie is. Voor bedrijven en ketens die insteken op alternatieve huisvestingsvormen is het dus van belang om hun systemen nog beter uit te leggen aan de consument.

Wat betreft marketing moeten gehanteerde termen pakkend, vertrouwd en gemakkelijk voor te stellen zijn. Tegelijkertijd moeten marketingtermen de werkelijkheid weergeven en geen valse verwachtingen scheppen.

Meer geld voor betere kwaliteit

Positieve verwachtingen over een houderijsysteem hebben invloed op de koopbereidheid en de bereidheid om meer te betalen. Van de ondervraagden gaf 50% aan scharrelvlees te kopen en daar ook meer geld voor over te hebben, gevolgd door varkensvlees van varkens uit uitloopstallen (41%). Van alternatieve stalsystemen verwachten consumenten wel een betere vleeskwaliteit.

Retail moet voorsorteren

Vanuit de Duitse retail blijkt dat er meer vraag naar varkensvlees uit alternatieve houderijsystemen komt. Zo zoekt Vion-dochter De Groene Weg in Duitsland varkenshouders die willen omschakelen naar de biologische houderij. Fleischwirtschaft schetste afgelopen week zelfs een mogelijk tekort aan varkensvlees uit alternatieve houderijen. Vooral omdat supermarktketens hebben aangegeven over een paar jaar alleen nog vlees met Tierwohl stufe 3 of 4 te willen gaan verkopen.

De vraag van consumenten kan wel toenemen, het aantal varkenshouders dat kiest voor een strostal of een stal met uitloop is nog beperkt. Varkenshouders hebben wel interesse, maar de meesten wachten de marktontwikkelingen af voor ze de stap wagen. Ze willen afzet- en prijsgaranties. Daarnaast vraagt het bouwen of verbouwen van een diervriendelijke stal een aantal jaar. Voor omschakeling naar biologisch geldt een termijn van twee jaar.

Meer artikelen over varkensstallen lezen? Bekijk de themapagina hier.

Reacties

Beheer
WP Admin