RundveeOpinie

Afkalfproblemen

Het leek wel nationale afkalfdag: allemaal dode tweelingen en nog een dood lam als toegift.

Vandaag was het nationale afkalfdag. Althans, zo leek het. En dan ook nog (bijna) allemaal tweelingen. Dood welteverstaan. Het feest begon om 2.00u ‘s nachts: de boer belde en voelde vijf poten en twee koppen en kon de boel niet ontrafelen. Aangezien ik ‘s nachts het liefst slaap, sprong ik niet direct een gat in de lucht. Helaas, dienst hebben hoort erbij en dus sleepte ik mezelf naar de auto. Het intikken van de adresgegevens op mijn tomtom deed mijn humeur naar een dieptepunt dalen: 1 uur en 21 minuten rijden. Waarom wilde ik ook alweer dierenarts worden?
En als je denkt dat je niet chagrijniger meer kunt worden – ik bereikte al snel een nieuw dieptepunt… Want wat is nu het beste tijdstip om aan een drukke snelweg te werken? Precies, midden in de nacht! En dus mocht ik het overgrote deel van de route ook nog eens niet harder dan 50 mijl per uur rijden door wegwerkzaamheden.

Geur sprak boekdelen

Ik hoefde bij aankomst niet te vragen of de kalveren nog in leven waren, de geur sprak voor zich. Ik was op slag klaarwakker. De koe keek doodongelukkig en wilde maar een ding: verlost worden van alle ellende die zich aan de achterkant afspeelde. En inderdaad, het was een wirwar aan poten en koppen. Het maakte het er niet gemakkelijker op dat het kalf dat de ingang het meest blokkeerde, een van zijn voorpoten naar achter geslagen had. Het lukte me niet om de voorpoot erbij te krijgen: het andere kalf lag in de weg.
Opnieuw ging ik alle poten en koppen na en besloot om dan maar te proberen het kalf voor de ingang naar onder te duwen en het andere kalf eerst te verlossen. Gelukkig, dat lukte. Kalf nummer twee volgde snel. Na een pijnstiller, antibiotica en het nadrukkelijke verzoek om de koe de komende dagen te temperaturen, begon ik aan de lange, lange weg terug. Om 6.00 uur kon ik, na een snelle douche, nog even mijn bed in.

Weer een stinkend kalf

De volgende verlossing was op een wat prettiger tijdstip en dus stapte ik (duidelijk vrolijker) weer de auto in. Deze koe had de dag ervoor al een kalf gekregen. Omdat dit een kalf van normaal formaat was geweest, was de veehouder niet bedacht op een tweeling. Een dag later was er echter nog steeds geen nageboorte en stond de koe hevig te persen. Dit keer stak de boer zijn arm wel in de koe en daar wachtte hem een onaangename verrassing: er zat nog een kalf. Een dood, stinkend, groot kalf. Een dood, stinkend, groot kalf met een teruggeslagen kop. En dus mocht ik komen.
De koe was vrij groot en ik niet, dus een baal stro waar ik op kon staan was nodig om bij het kalf te kunnen komen met mijn arm. De kop lag inderdaad teruggeslagen en daarbij was het kalf ook nog een kwartslag gedraaid. Dode kalveren werken slecht mee en daarnaast was de lucht niet te harden en scheen de zon fel op mijn waterdichte regenpak. Dat was dus zweten.
Na enige rek- en strekoefeningen op een baal stro slaagde ik erin een lus aan te leggen rondom de onderkaak. Terwijl de boer de lus op spanning hield en bewoog in de richting die ik wilde, kreeg ik het kalf gedraaid en de kop op zijn plek. Niet veel later viel er een dood stierkalf op de grond. Moeders was opgelucht, kreeg nog een pijnstiller en een emmer koud water over het kruis. Ik moest het ook doen met een emmer koud water, en snel, want er wachtte alweer een schaap, met een dood lam.
Ik begreep uit het verhaal dat ze al 24 uur (!) bezig was met lammeren en bij opvoelen was er geen twijfel mogelijk: dat ging niet passen. Lam was dood (al een tijdje), moeder was volledig uitgeput. Een zeer matige prognose dus, maar de veehouder wilde het een kans geven. En dus tilden wij moederschaap op de achterklep van zijn Jeep en daar, midden in het weiland met de zon hoog aan de hemel, deed ik een sectio. Het lam was inderdaad morsdood, maar de opluchting van de ooi na afloop was groot. Op dat moment wist ik weer waarom ik dierenarts wilde worden.

Beheer
WP Admin