Gerrit Tacken is voorzitter van de stichting Zeldzame Huisdierrassen. “We moeten er alles aan doen om gezonde populaties van de zeldzame rassen in stand te houden.” Foto: Bert Jansen AlgemeenAchtergrond

Stichting Zeldzame Huisdierrassen bezorgd over aanbesteding pachtgrond: ‘Zeldzame rassen koesteren’

Openbare aanbesteding van pachtgrond is een bedreiging voor houders van zeldzame dierrassen. Juist zij pachten veel grond, zegt Gerrit Tacken, voorzitter van Stichting Zeldzame Huisdierrassen. “De populaties staan onder druk. Als de prijs allesbepalend is, hebben de kleinschalige boeren met zeldzame rassen het nakijken.”

Toch wel opvallend, de voorzitter van Stichting Zeldzame Huisdierrassen (SZH) gebruikt liever de term levend erfgoed dan zeldzame huisdierrassen. “De meeste mensen denken eerder aan olifanten als het gaat over zeldzame rassen dan aan bijvoorbeeld lakenvelders. Levend erfgoed kun je verbinden met cultureel erfgoed zoals kastelen en landgoederen. Die zijn erg geliefd. Er liepen vaak speciale runder- en schapenrassen. Dat herinneren mensen zich, ze waarderen dat.”

SZH-voorzitter Gerrit Tacken is een gedreven bestuurder. Zeldzame rassen in de veehouderij staan onder druk. Bijvoorbeeld door aanbestedingsregels bij verpacht van grond, sluiting van kleinschalige slachtplaatsen en aanscherping van kwaliteitseisen in de korte ketens waar de betreffende boeren zich vaak op richten.

“Brandrode runderen en bijvoorbeeld Groninger blaarkoppen hebben door zorgvuldig fokbeleid uiterst waardevolle eigenschappen. Het zijn robuuste dieren die gedijen op extensief beheerde percelen. Verdwijnt zo’n ras, dan ben je die eigenschappen kwijt. Daarom moeten we er alles aan doen om gezonde populaties van de zeldzame rassen te waarborgen en inteelt te voorkomen.”

Als de euro regeert, verdwijnt de lakenvelder

Oud-dierenarts persoonlijk betrokken bij zeldzame rassen

Tacken was voor zijn pensionering dierenarts in het Limburgse Ell. Hij is al decennialang persoonlijk betrokken bij zeldzame rassen. Hij fokt onder meer lakenvelder koeien, Bonte Bentheimer varkens, Nederlandse landgeiten, zwartbles schapen en Groninger paarden. “De populaties zijn klein, des te belangrijker om de bedreigde rassen genetisch breed te houden. Daar stop ik graag mijn vrije tijd in.”

Afgelopen weken kwam de gemeente Teylingen (Z.-H.) prominent in het nieuws. De nieuwe aanbesteding van pachtgrond dreigt het einde te betekenen voor twee veehouders die blaarkoppen en lakenvelders houden. Op de achtergrond bemoeit Tacken zich met deze kwestie.

“Deze zaak is niet uniek in Nederland. Houders van zeldzame rassen zijn vaak afhankelijk van pachtgrond van overheden. Openbare aanbesteding moet volgens de wet. Heb ik niks op tegen. Het gaat erom hoe je vervolgens met de diverse criteria omgaat bij de beoordeling. Als de prijs allesbepalend is, dan hebben de kleinschalige boeren met zeldzame rassen het nakijken. Kort samengevat, als de euro regeert, verdwijnt de lakenvelder.”

‘Brabant geeft het goede voorbeeld’

In de provincie Brabant krijgen houders van zeldzame rassen extra punten bij aanbesteding van pachtgrond. “Daar wordt de ideële betekenis van deze rassen gezien en gewaardeerd. Ik snap best dat intensieve melkveehouders in deze tijd extra grond nodig hebben om hun mest kwijt te raken en dus een hoge prijs bieden. Maar dat mag er mijns inziens niet toe leiden dat boeren met zeldzame rassen hun bedrijf moeten beëindigen. Brabant geeft het goede voorbeeld.”

Tacken heeft meer zorgen. Veehouders waarvoor hij de belangen behartigt, hebben meestal relatief weinig dieren. “Ze laten een of twee dieren per keer slachten. Dat kan op steeds minder plekken en wordt duurder. Dit leidt tot een kostenstijging die kleinschalige dierhouders moeilijk kunnen opbrengen. Opvolgers denken wel twee keer na voordat ze het bedrijf overnemen.”

Niet tegen intensieve veehouderij

Een uitbraak van een besmettelijke dierziekte kan mogelijk slecht uitpakken voor de rassen waar Tacken zich voor inspant. “Er zijn afspraken gemaakt om voor zeldzame rassen een uitzondering te kunnen maken bij preventieve ruiming. Een uitbraak komt meestal onverwacht en dan moet snel worden ingegrepen. Ik vraag me af of in zo’n noodsituatie de gemaakte afspraken voor alle betrokken partijen kraakhelder zijn. Mijn organisatie is hierover in gesprek met het ministerie.”

Tacken wil graag toevoegen dat hij geen tegenstander is van de intensieve veehouderij. “Dierhouders in mijn geliefde sector zijn vaak actief in het biologische en natuurinclusieve segment. Dat past prima naast hoogproductieve bedrijven.”