Foto: ANP AlgemeenNieuws

Veel landen gaven ongericht coronasteun aan boeren en tuinders

De nationale invulling van de steun bij de Covid-uitbraak heeft binnen Europa tot een ongelijk speelveld. Dat constateert de Europese Rekenkamer, die gekeken heeft naar de maatregelen in de voedselketen tijdens de pandemie.

De rekenkamer stelt vast dat de Nederlandse steun voor de bloemen- en plantensectoren bijna 9% van de productiewaarde bedroeg, terwijl de steun in Spanje 0,3% was. Dat kan, zegt de rekenkamer, geleid hebben tot oneerlijke concurrentie.

De Europese Unie stelde heel snel na de uitbraak € 712 miloen beschikbaar om de getroffen sectoren te ondersteunen. Tegelijk werden ook andere maatregelen getroffen om de handel in voedingsmiddelen en voedingsgrondstoffen op gang te houden.

Verstoring bleef binnen de perken

Met die maatregelen heeft de Europese Unie er voor gezorgd dat de verstoring in de agrovoedingssector binnen de perken bleef. Maar het zou nog beter kunnen, aldus de Europese Rekenkamer. De steun zou bij voorbeeld gerichter kunnen worden uitgegeven aan de sectoren en boeren die daar daadwerkelijk behoefte aan hebben.

Rekenkamerlid Joëlle Elvinger die het onderzoek begeleidde zegt dat “de Europese agrovoedingssector hard werd getroffen door de coronacrisis. Helaas is dit geen eenmalige gebeurtenis: ook de Russische inval in Oekraïne heeft de veiligheid van onze voedselvoorziening flink op de proef gesteld.”

Te veel steun

Veel van de steun was onvoldoende gericht. Veel landen, gaven ongerichte steun, waarbij niet van belang was of ondernemers schade ondervonden van de coronacrisis. Daardoor kregen sommige boeren of tuinders te veel steun. De Europese Rekenkamer geeft het voorbeeld van druiventelers in Andalusië die drie keer zoveel steun kregen als compensatie voor de schade die zij hadden geleden.

Beheer
WP Admin