Stront aan de knikker
Het gebruik van gescheiden mest als boxvulling kan leiden tot grote imagoschade voor de sector.
Er is de laatste tijd veel aandacht voor mestscheiding. Vaak wordt een soort van schroefvijzel gebruikt, maar de techniek is nog in ontwikkeling. Het wordt dus vast nog wel goedkoper om mest te scheiden. De mest wordt gescheiden in een dunne fractie en een dikke. Scheiding van mest heeft allerlei voordelen. Afvoer van de stapelbare dikke fractie is relatief goedkoop omdat het water wordt thuisgelaten. En twee soorten mest kan handig zijn in een bemestingsplan.
Er is ook nog een andere aanwending van de dikke fractie, namelijk als boxvulling in de stal. Ook daar is de afgelopen tijd nogal wat aandacht voor geweest. Aan de ene kant is het een relatief goedkoop strooisel, met naar het schijnt goede ligkwaliteiten. Aan de andere kant zijn er twijfels over de hygiëne. Er zijn aanwijzingen dat er gemakkelijk dierziekten door worden overgedragen. Zo lijkt er meer mastitis op te treden.
In de discussie is tot nu nauwelijks aandacht voor de beeldvorming die uit het gebruik van dit soort strooisel kan optreden. Daarbij zijn twee heel verschillende posities te bedenken. De ene is dat het een bijna nostalgisch concept is; er is een sterke overeenkomst met de aloude potstal. Die nostalgie heeft maatschappelijke waarde: zelfs om moderne potstallen met 200 vleeskoeien hangt een sfeer van romantiek. De andere positie is dat de koeien in hun eigen stront liggen. Tezamen met genoemde gezondheidsrisico’s zijn de poppen dan snel aan het dansen. De landbouw kan nu nog kiezen welke van de twee verhalen ze verteld wil hebben.
Nog wel, want als er echt gezondheidsrisico’s blijken, is de regie weg en zijn er binnen de kortste keren anderen die het verhaal bepalen. De grote voedingsmiddelenbedrijven zouden in hun productieprocessen zulke risico’s nooit willen lopen. De voedingsgiganten zijn als de dood voor negatieve publiciteit over vervuiling of voedsel met een luchtje. Ze hadden komkommers en taugé al uit de salade voordat duidelijk was wat er met de Ehec aan de hand was. Dat is niet onlogisch. Lang geleden heeft Unilever eens een akkefietje gehad met giftige nasi. Bij het woord euthaNASIe moet ik nog altijd aan dat voorval denken.
Een goed imago is goud waard, het kost miljarden om schade te herstellen. De landbouwsector zou zich dat ook moeten realiseren. De sector is echter geen centraal gecoördineerde multinational, maar een samenstel van individuele bedrijven met individuele belangen. Die bedrijven doen wat hen het beste lijkt. Er is geen wet die het hen verbiedt, sterker nog, veel vooruitgang komt op die manier tot stand. Toch moeten boeren die met dit soort strooisel bezig zijn zich goed realiseren dat er opnieuw het risico van imagoschade is.