De huidige beëindigingsregelingen remmen de sectorvernieuwing doordat vooral moderne, levensvatbare bedrijven stoppen in plaats van verouderde bedrijven, stellen NAJK en architect Strootman. Foto: Ronald Hissink AlgemeenNieuws

Stoppersregelingen missen visie en structuur, zeggen organisaties

Stoppersregelingen voor de veehouderij moeten worden gekoppeld aan structuurbeleid. En het is aan de politiek om keuzes te maken. Die boodschap kreeg de Tweede Kamer woensdag tijdens een rondetafelgesprek over de beëindigingsregelingen.

Boeren willen weten welke kant de overheid op gaat. Nu ontbreekt het aan een duidelijke visie. Stoppers weten waar ze aan toe zijn, maar de toekomst is voor blijvers heel onzeker, schetste Roy Meijer, voorzitter van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK). Meijer zegt dat de bestaande beëindigingsregelingen bedrijven helpen te stoppen, maar blijvers geen plek bieden om te ondernemen. Agrarisch taxateur Albert van Burgsteden: “Een boer heeft niet meer toekomst als in zijn buurt stenen en dieren verdwijnen. Er is geen relatie tussen de huidige beëindigingsregeling en de toekomst van blijvers.”

NAJK, LTO Nederland, Producentenorganisatie Varkenshouderij (POV), Planbureau voor de Leefomgeving, Wageningen University & Research, landschapsarchitect Berno Strootman en Caring Farmers namen woensdag in de Tweede Kamer deel aan een rondetafelgesprek over de beëindigingsregelingen.

LTO Nederland en POV stellen in een gezamenlijk document dat blijvers toegang tot grond moeten behouden voor een goed toekomstperspectief. “Gronden van bedrijven die stoppen, dienen daarom in ieder geval voor de agrarische sector beschikbaar te blijven.” Daarmee sluiten de belangenorganisaties aan bij de opvatting van landschapsarchitect Berno Strootman, die van 2016 tot 2020 Rijksadviseur was en destijds gevraagd en ongevraagd advies gaf over de relatie tussen landbouw en landschap.

Regeling aantrekkelijk voor modern bedrijf

Een van de belangrijkste tekortkomingen van de huidige beëindigingsregelingen is dat ze juist aantrekkelijk zijn voor gezonde en levensvatbare moderne bedrijven. Het gaat hier om bedrijven met efficiënte stallen en betere milieuprestaties. Voor de structuur van de sector zou het beter zijn als verouderde bedrijven als eerste van de opkoopregelingen gebruik zouden maken. Op deze manier werken de stoppersregelingen de vernieuwing van de sector juist tegen, zeggen onder andere NAJK en architect Strootman.

Strategie voor hergebruik vrijkomende grond

Bovendien ontbreekt een duidelijke strategie voor het hergebruik van vrijkomende gronden. LTO Nederland en NAJK bepleiten dat vrijkomende landbouwgrond gevrijwaard blijft van bestemmingswijziging voor energie (zonneweides), industrie of woningbouw. Overigens is transitieregeling een betere benaming dan beëindigings- of stoppersregeling. Dit vindt melkveehouder Henk Schoonvelde, die zelf deelneemt aan de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv).

Schoonvelde houdt 280 koeien op 150 hectare in het Drentse Koekange. Hij is sinds 2019 bestuurder van de European Dairy Farmers Nederland (EDF). Volgens hem ontbreekt het in Nederland aan een duidelijke structuurvisie. “Winand Staring deed dat 150 jaar geleden, Sicco Mansholt 75 jaar geleden. Zet die stip op de horizon en maak eenduidig beleid. Daar heeft de agrarische sector inmiddels wel recht op.”