Foto: Hans Banus VarkensNieuws

Relatie tussen dier en mens belangrijk bij vrijloopkraamhok

Duitse varkenshouders met vrijloopkraamhokken ervaren geen verschil in arbeidsveiligheid ten opzichte van traditionele huisvesting.

Voorwaarde is wel dat de verzorger de zeugen goed kent en de situatie in het kraamhok goed kan inschatten. Een goede mens-dierrelatie maakt volgens de varkenshouders het werken met zeugen gemakkelijker. Dit kan al door regelmatig lichamelijk contact, wat voor een lager stressniveau bij zeugen zorgt. Dit blijkt uit een enquête onder 214 varkenshouders in Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland door het Netwerk Fokus Tierwohl, in opdracht van het Duitse ministerie van Landbouw.

Goed karakter zeug en goede stal doorslaggevend

De zeugenhouders gaven aan dat het karakter en de moedereigenschappen van de zeug doorslaggevend zijn voor het slagen van vrijloopkraamhokken. Daar wordt dan ook op geselecteerd. Verder spelen een goed stalklimaat, structuur en goede verzorging een rol in het succesvol omschakelen naar vrijloopkraamhokken.

Minimaal 6,5 vierkante meter per zeug

In de Duitse varkenshouderij geldt vanaf 2036 een minimale oppervlaktenorm van 6,5 vierkante meter. Voor biologische bedrijven is dat 7,5 vierkante meter. Een klein percentage van de bedrijven gaf aan een hokgrootte van minder dan 6,5 vierkante meter te hebben. De meeste kraamhokken zijn 7 tot 8 vierkante meter groot. Meer ruimte betekent niet automatisch voordelen voor zeug en biggen. Een zeug heeft een goede plek nodig om te mesten en het kraamhok moet voorzien zijn van een goed beschut en warm biggennest. Varkenshouders gaven aan dat ze zelf achteraf afstandhouders aan de hokafscheiding hebben gemaakt. Die zorgen ervoor dat de zeug niet tegen de wand aan kan liggen, en dat biggen ontsnappingsmogelijkheden hebben rond de zeug.

Maximaal 10 dagen vast

Vrijwel alle zeugenhouders fixeren de zeugen rond het werpen. 71% van de bedrijven doet dat maximaal vijf dagen, waarvan hooguit twee dagen voor het werpen. Nog eens 18% zet de zeug tussen de zes en tien dagen vast. Opvallend is dat 11% aangeeft de zeug langer dan tien dagen vast te hebben staan, met als langste tijd 21 dagen. Dat komt op vrijwel de gehele kraamperiode neer.

Meer werkplezier

De meeste zeugenhouders ervaren niet dat het veel extra arbeid kost. Ze hebben meer arbeidsvreugde bij het gebruik van vrijloopkraamhokken. Als grootste nadeel van vrij werpen wordt de moeilijkere geboortehulp genoemd.

Reacties

Je moet een account hebben om te reageren

Voordelen van een account:

Krijg toegang tot de beste en meest actuele artikelen.

Discussier mee met collega’s, experts en specialisten.