Organisatiedeskundige Anton de Boer over onderwijs en opvoeding: ‘Het is belangrijk om te leren dat je solidair moet zijn met de grote thema’s die vooral aangrijpen op het behoud van natuur en gezondheid.’ - Foto's: Mark Pasveer BoerenlevenInterview

Organisatiedeskundige: ‘Ik ben een fan van ordening’

Organisatiedeskundige Anton de Boer over anders denken, liefde, erkenning en solidariteit.

Hij is inmiddels 65 jaar maar een officieel pensioen, daar voelt organisatiedeskundige Anton de Boer nog niet veel voor. “Ik pas elke week op mijn kleinzoon Lamin en verder is het werk nog steeds té boeiend. Daarom heb ik net mijn registratie weer voor vijf jaar verlengd.”

De Boer is mede-eigenaar van organisatieadviesbureau Anton de Boer CS in Leeuwarden en al vele jaren actief in onder meer de landbouw. Voor allerlei organisaties, waaronder Rabobank, voerde hij zogenaamde assesment-gesprekken met ondernemers om hen te laten ontdekken waar hun zwakke en sterke kanten zitten. Ook begeleidde hij vele bedrijfsovernames. Inmiddels is hij aan geen enkele organisatie meer verbonden, maar begeleidt hij als onafhankelijk adviseur bedrijven bij hun samenwerkings- en organisatiestructuur. Daarbij focust hij op ordening. “Daar ben ik een groot fan van. Ordening geeft duidelijkheid en rust, maar op veel boerenbedrijven ontbreekt het daar aan. Mensen zijn erg verknoopt met hun bedrijf, daardoor lopen ook rollen en taken door elkaar. Het geeft verwarring en dat tast gemakkelijk je motivatie aan. Een goede taakverdeling levert duidelijkheid op voor jezelf en is een basis voor een betere onderlinge samenwerking.”

Ik zou zo graag zien dat boeren en burgers eens anders gaan denken over elkaar

Dat dit niet altijd makkelijk is, weet hij ook. “Op een boerderij moet je tegelijk ondernemer zijn, en vader, en echtgenoot. Die functies heb je allemaal, maar je moet ze niet door elkaar halen want ze hebben allemaal hun eigen perspectief.”

Verbondenheid

Anton de Boer ontwikkelde de afgelopen jaren een soort matrix die hierbij houvast biedt. Bovenaan dat schema zette hij de drie vormen van verbondenheid op een boerenbedrijf: liefde, erkenning en solidariteit. Eronder de termen lichaam, relaties, instituties, natuur en betekenis, hij noemt ze ‘de vijf bestaanscondities’. “Het lijken losse woorden, maar ze hebben allemaal verband met elkaar. Zonder liefde geen erkenning en zonder erkenning geen solidariteit. En als je binnen die verbindingsvormen niet werkt aan je bestaanscondities, dan lukt het niet om mee te gaan in de transitie die momenteel gaande is. Dat lukt alleen als je lichaam zich er goed bij voelt, als je relaties aangaat met anderen, als je je verbonden voelt met de instituties en de natuur en als je betekenis ervaart.”

Dat klinkt als een hele opgave want onder meer die betekenis, die ervaren boeren momenteel niet altijd even sterk. Ook de verbinding met instituties lijkt verder weg dan ooit met retailers die prijzen onder druk zetten en politici die een flinke hoeveelheid regels opleggen. En dan is er nog de inmenging van burgers.

In het morele universum neem je elkaar niet de maat maar erken je elkaar en ga je in gesprek

Het lijkt een niet op te lossen wirwar van problemen, maar Anton de Boer houdt van ontrafelen en structureren en hij denkt dat de kluwen wel degelijk te ontwarren is. “We hebben namelijk allemaal hetzelfde morele universum. Boeren halen hun producten, hun melk en aardappelen, uit de natuur. Die bron kunnen ze niet missen. Maar burgers hebben de natuur ook nodig. Die bestaansconditie delen ze met elkaar. Er is dus een gemeenschappelijk belang en ik zou zo graag zien dat alle betrokkenen eens anders gaan denken over elkaar. Wat je nu veel ziet, is dat mensen aan anderen gaan opleggen hoe die over hen moeten denken. Boeren zeggen tegen burgers: jullie móeten ons eens gaan snappen, jullie móeten vlees eten… Omgekeerd leggen burgers aan boeren ook weer op wat en hoe ze het moeten doen. Onderling is er geen verbinding, geen erkenning en geen solidariteit. Terwijl het goed zou zijn als een boer zich er bewust van is dat burgers bezorgd zijn over de natuur en burgers moeten zich er bewust van zijn hoe complex het is om boer te zijn. Want dat is natuurlijk wel zo.”

Lees verder onder foto

Organisatiedeskundige Anton de Boer over onderwijs en opvoeding: ‘Het is belangrijk om te leren dat je solidair moet zijn met de grote thema’s die vooral aangrijpen op het behoud van natuur en gezondheid.’ - Foto's: Mark Pasveer
Hij is inmiddels 65 jaar maar een officieel pensioen, daar voelt organisatiedeskundige Anton de Boer nog niet veel voor.

Kennen en erkennen

Zover is het echter nog niet, De Boer ziet dat boeren en burgers elkaar nog te weinig kennen. “En als je elkaar niet kent, kun je ook geen erkenning hebben voor elkaar.” Het niet-kennen leidt geregeld tot confrontaties over en weer, iets wat hij wel begrijpt maar niet nodig acht. “In het morele universum neem je elkaar niet de maat. Dan erken je elkaar en ga je met elkaar in gesprek.”

Zorg dat je jezelf kent en vraag van daaruit erkenning en begrip aan de burger

Zelfbewustzijn is daarbij belangrijk. “Ik ben me bijvoorbeeld heel erg bewust van wie ik zelf ben en van daaruit kan ik veel verschillende kanten van mezelf laten zien. Je moet je er, ook als boer, bewust van zijn dat je veel mogelijkheden hebt. Zorg dat je jezelf kent en vraag van daaruit erkenning en begrip aan de burger.”

Dat klinkt eenvoudig maar tussen boer en burger zitten, De Boer verwijst weer naar zijn vijf bestaanscondities, de instituties. “Dat zijn bijvoorbeeld de politiek, de retail en consumentenorganisaties. Hier zit een groot spanningsveld want die bemoeien zich ermee. Dat maakt het voor boeren behoorlijk lastig om te erkennen dat je met elkaar verbonden bent en dat je een gemeenschappelijk belang hebt.”

Maar ook al geef en krijg je als boer alle begrip en erkenning die je wilt, dat wil niet zeggen dat de zo verfoeide regelgeving erdoor verandert. “Je moet ook niet doen of die regels er niet zijn. Die regels komen uit de instituties. Als je je daarin verdiept, van kind af aan interesse toont over wat daar gebeurt, dan overvallen die regels je niet. Dan kun je ze plaatsen en er beter mee omgaan.”

Onderwijs en opvoeding

Hier ziet Anton de Boer een taak weggelegd voor het praktijkgerichte onderwijs. En ook in de opvoeding mag meer aandacht zijn voor zaken die niet direct met het werk en de boerderij te maken hebben. “Het is belangrijk om te leren dat je solidair moet zijn met de grote thema’s die vooral aangrijpen op het behoud van natuur en gezondheid. Concreet gaat dat over klimaat, water, bodem, lucht en verantwoord voedsel. Het gaat daarmee om de toekomst van onze kinderen en kleinkinderen.”

Dit alles vergt tijd, maar hij is er zeker van dat het gaat lukken en dat het wederzijdse begrip, de erkenning en de solidariteit er gaan komen. “De landbouw doet het zo gek nog niet hoor, ik zie meer en meer bedrijven waar ze hier al heel ver mee zijn. Ik ben dus optimistisch gestemd.”

Reacties

  1. Hoe ga je in de visie van Anton de Boer om met gespletenheid? Dezelfde persoon die als burger wil dat alle boeren biologisch gaan produceren maar als consument er niet aan denkt om het te kopen?

  2. In de huidige maatschappij wordt er ongelooflijk veel gepraat over elkaar, maar doorgaans niet met elkaar. Ons parlement is hier een goed voorbeeld van, in het derde termijn van de bekende drie is het verhaal van iederre parlementarrier nog net als het eerste. Niet naar elkaar geluisterd. Binnen het sociale debat is het net zo erg gesteld met het luisteren naar elkaar. Daar komt nog bij dat we zoveel specialisten hebben dat geen van hen nog het toaal beeld kan of wil zien.

  3. De boer als leverancier van de burger/consument is het probleem niet. De problemen zitten meer in de handelsrelatie boer – boer. 2/3 van het landbouwproductievolume gaat van boer naar boer en 1/3 naar de consument. Daarmee zijn boeren zowel elkaars leverancier als afnemer en richting burger moeten ze ook nog eens elkaars concurrent zijn. Het manco is dat de burger/consument boeren alleen maar zien als concurrenten en de handelsrelatie boer -boer over het hoofd zien. Of liever, net doen of de handelsrelatie boer – boer helemaal niet bestaat. Dat zie je ook met de verkiezing van Agrarisch Ondernemer van het jaar. Die is louter gebaseerd op de handelsrelatie/houding van boer met burger/consument. Ik kan nergens ontdekken of de jury van de verkiezing Agrarisch Ondernemer ook rekening houdt met de handelsrelatie en/of houding van boer met boer.

  4. Natuur in Nederland is er vrijwel niet meer. Wél cultuur gemaakt door boeren en buitenlui. Dat verklaart veel. Wánt juist de burger bepaalt de discussie over het product Cultuurlandschap gemaakt dóór boeren en buitenlui. Dat wordt ervaren als inmenging in plattelandsaangelegenheden en veroorzaakt spanningen. De consument zijn ze allemaal tesamen de boeren, burgers én buitenlui.

Beheer
WP Admin