Foto: Bert Jansen BoerenlevenOpinie

‘Mobieltje in plaats van hooivork’

Boeren kunnen hun mobiel niet meer missen. Het beeld van de boer met de hooivork is verleden tijd, schrijft columnist Janna van der Meer.

‘Maandag hooi bij Staatsbosbeheer. Bellen van tevoren.’

Verbaasd kijk ik naar mijn mobiel. Het is een bericht van een mij onbekende Jorrit. Zijn profielfoto is een groene trekker.

“Heeft Jorrit al gereageerd?”, roept mijn man, als hij binnenkomt op mijn telefoon kijkt.

“Hoezo?”, vraag ik bevreemd.

“Mijn mobiel laadt niet meer op. Hij is vast kapot en daarom gaan de berichten nu via jou.”

“Handig. Zou je niet naar een reparatiewinkel gaan?”

“Die is pas om 9.30 uur open.”

Telefoontje van provincie over ganzenschade

Mijn man gaat zitten. Zijn handen vruchteloos in de schoot. Hij verwacht een belangrijk telefoontje van de provincie over ganzenschade, de trekker moet gerepareerd, we hebben nog niemand voor het melken vanavond, de verzekering moet nog gebeld, enzovoort. En zonder telefoon heeft hij de nummers niet paraat.

“Mag ik jouw mobiel weer even, dan bel ik de winkel, misschien zijn ze eerder open.”

En inderdaad, iemand verzekert hem dat dat zo is.

Een besmeurd, stinkend mobieltje

Met koffietijd is hij terug. Stralend zit hij te telefoneren. Naast het stopcontact, want de mobiel moet ‘aan de prik’. Als het gesprek afgelopen is en we samen met een medewerker en de zoon achter een kopje troost zitten, doet hij verslag van zijn wederwaardigheden.

“Er kwam pas iemand om 9.30 uur. Hij zei: ‘U hebt geluk dat ik niet ziek ben, menier. Anders was er helemaal niemand, menier. Degene die u gebeld heeft is met vakantie, menier’.”

Met 5 minuten stond mijn man weer buiten. Met een nieuwe telefoonoplader en een nieuw hoesje. Het bewijs ligt onberispelijk voor ons op tafel. Het is een raar beeld, omdat we gewend zijn aan een bevlekt en verkreukeld exemplaar, dat bovendien naar kuil stinkt.

Met 5 minuten stond mijn man weer buiten. Met een nieuwe telefoonoplader en een nieuw hoesje.

‘Theelepel stront’ kwam uit gereinigd mobieltje

“Hebben jullie de mijne al gezien?”

Zoonlief legt zijn telefoon er naast. Die is helemaal ingepakt in glimmend plastic, met stootranden.

“Je kan er gewoon mee gooien!”

“Maar is er ook iets gerepareerd?”, vraag ik mijn man.

“Hij heeft hem schoongemaakt. Er kwam wel een theelepel stront uit het gaatje van de oplader! Maar daar hoefde ik niet voor te betalen. ‘Omdat u heeft moeten wachten, menier’, zei de reparateur.”

“De mobiele telefoon werd schoongemaakt en er kwam wel een theelepel stront uit het gaatje van de oplader!’

Elektronische apparaten ‘angstwekkend kwetsbaar’

Boeren en mobiele telefoons. De apparaten zijn erg handig om de organisatie rond te krijgen, op een bedrijf dat zich over hectares uitstrekt. En wie eenmaal aan die app met koegegevens gewend is, wil hem niet meer missen.

Aan de andere kant zijn de elektronische dingetjes angstwekkend kwetsbaar. Smerige handen beroeren het touchscreen. De grote vingers raken met moeite de juiste, pietepeuterige tekentjes. Ze worden nat en vies, vallen in de gierput of verdwijnen ergens in het gras. Maar toch: het iconische beeld van de boer met hooivork, geldt niet meer. Als er nu een opstand uitbreekt, gooien we met mobieltjes.

‘De elektronische dingetjes zijn angstwekkend kwetsbaar. Smerige handen beroeren het touchscreen. […] De telefoons worden nat en vies, vallen in de gierput of verdwijnen ergens in het gras.’

Beheer
WP Admin