‘Mestvergisting: een beroerde businesscase’
Stimulering van mestvergisting belemmert de weidegang in de melkveehouderij. Daarnaast zet Frank Verhoeven vraagtekens bij de waarde van digestaat voor de bodem.
Door onderzoekers als Jaap van Bruchem was ik al snel overtuigd dat je economisch en ecologisch beter presteert, als je minder stikstof en fosfor in je bedrijf stopt en tegelijkertijd meer van je land en uit je koeien haalt. Beter vakmanschap, meer bodemleven, minder scheuren, minder krachtvoer, andere koeien, uitrijden bij regenachtig weer, enzovoorts. Allemaal lowtech-manieren om de efficiëntie te verbeteren.
Maar zo simpel als het soms lijkt, zo anders loopt het steeds in werkelijkheid. Op een of andere manier lopen de meesten binnen onze sector warmer voor een berg techniek, grote installaties, hoge investeringen en hightech-toekomstbeelden. Zo ook bij de mestvergistingscase. Eigenlijk ben ik best wel jaloers, want hoewel ik absoluut zeker weet dat een boer met kringlooplandbouw veel meer geld kan verdienen, krijg ik dat toch niet zo goed verkocht als de mannen achter de mestvergisters. Zij hebben FrieslandCampina zo ver gekregen dat er in 2020 1.000 melkveehouders een installatie bouwen, waarmee ze op de boerderij mest omzetten in elektriciteit. Vervolgens laten ze het ministerie van EZ ook nog meebetalen aan de deal, chapeau!
Business case klopt niet
Het gaat om monomestvergisters. De boer moet een stopcontact hebben en de mest in de vergister stoppen. Met de opgewekte stroom wordt de boerderij klimaatneutraal. Klaar is Klara! En nog mooier: zo werken we ook nog aan oplossingen voor het mestprobleem …
Of toch niet? Want volgens mij klopt er nog heel veel niet aan deze business case. Weegt het geld dat de boer voor groene stroom krijgt, plus de talrijke subsidies, wel op tegen de beroerde mestkwaliteit die eruit komt? Want je haalt de koolstof uit de mest, daar draait de motor op. Die fosfor blijft er gewoon inzitten, hoor!
Als je al een overschot had, moet die fosfaat nog steeds worden geëxporteerd en de acceptatie van digestaat is in de regel slechter dan van gewone mest. Daarnaast ging het over het klimaat, maar van de totale methaanuitstoot wordt meer dan 70% uitgeboerd door de koeien. De rest zit in de mest en gaat verloren bij de opslag en het uitrijden.
‘Meer opstallen, dus weer een hogere ammoniakemissie!’
Mestvergisters vangen dus maar een klein deel van de methaan weg. Ook willen we dat de koeien meer naar buiten gaan, dus een groot deel van de mest zal nooit via de vergister gaan. Maar met eenmaal zo’n ding op het erf wordt het toch verleidelijker om er meer dagverse mest in te stoppen? Dus meer opstallen, dus weer een hogere ammoniakemissie!
Belangrijkste zorg: waarde digestaat voor bodem
Mijn belangrijkste zorg zit in de waarde van het digestaat voor de bodem, want in de praktijk hoor ik daar alleen maar slechte verhalen over. Wageningen daarentegen blijft maar zeggen dat er niks aan de hand is, maar voordat die iets hebben bewezen, zijn we al (ver) in 2020. Als je biodiversiteit wilt bevorderen, moet je mijn inziens het bodemleven koesteren.
Kortom; het past allemaal niet in het beeld van de duurzame zuivelketen, die mij voor ogen staat. En het past al helemaal niet bij de uitstraling en reclameslogans als ‘het zit in onze natuur’, waarmee de melk moet worden verkocht. Als het allemaal zo lucratief zou zijn voor de boer, laat het dan ook maar helemaal aan de markt over. Wanneer er serieus rendabele cases overblijven, die zonder subsidie draaien, dan kun je het later altijd nog grootschalig promoten. Tot nu toe ken ik ze niet.
‘Iedereen lijkt te kunnen verdienen aan deze deal, behalve de bodem en de boer’
Waarom gaat het hele mestvergisten dan helaas toch gebeuren? Tja, zoals het meestal gaat: iedereen lijkt te kunnen verdienen aan deze deal, behalve de bodem en de boer. Mijns inziens moet je koeienmest opwaarderen en er bijvoorbeeld Bokashi van maken, in plaats van de energie eruit te halen. Dat is beter voor het bodemleven, en met meer bodemleven is minder stikstof en fosfor uit kunstmest nodig, komen er meer weidevogels, een betere waterinfiltratie, minder droogtegevoeligheid, enzovoorts. Een dijk van een verkoopverhaal!
Tip voor FrieslandCampina
Rest nog een tip voor Roelof Joosten, CEO FrieslandCampina: 10.000 boeren aan de kringlooplandbouw in 2020, 5.000 staldaken vol zonnepanelen, 2.500 windmolens erbij, 1.000 Bokashi-hopen, dat klinkt toch ook best stoer? Dan laten we die mestvergisters mooi bij de intensieve veehouderij.