Foto: Mark Pasveer BoerenlevenAchtergrond

‘Je moet lef hebben om het anders te doen’

De ouders van Jan hadden een gangbaar bedrijf maar zelf besloot hij om een andere weg in te slaan. Hij is trots op het resultaat.

“Ik stel er eer in op een andere manier te boeren dan de meeste andere gangbare akkerbouwers. Bij bioboeren heb ik gezien hoe je beter voor de grond kunt zorgen. En aangezien de bodem mijn grootste vermogen is, probeer ik die inzichten op mijn manier thuis toe te passen.”

Lees verder onder de foto.

Jan van der Ploeg (27) is akkerbouwer en bewerkt 85 hectare grond nabij het Friese Kollumerpomp. Hij zit daarvoor met zijn vader en moeder in een maatschap. Met zijn vader drijft hij ook nog een pluimveestal voor de opfok van legkippen. - Foto: Mark Pasveer

Jan van der Ploeg (27) is akkerbouwer en bewerkt 85 hectare grond nabij het Friese Kollumerpomp. Hij zit daarvoor met zijn vader en moeder in een maatschap. Met zijn vader drijft hij ook nog een pluimveestal voor de opfok van legkippen. – Foto: Mark Pasveer

Bokashi

“Ik rijd bijvoorbeeld niet met zwaar materieel en heb mijn trekkers maximaal op de banden. Daarnaast gebruik ik zoveel mogelijk groenbemesters en vaste mest. Ook experimenteer ik met bokashi. Verder gebruik ik zo weinig mogelijk chemische input om onze gewassen te laten groeien. Veel mensen kijken raar tegen mijn ideeën aan, maar dat kan me niets schelen. Integendeel: als ik onze gezonde planten zie, ben ik trots. Je moet namelijk lef hebben om het anders te doen én je moet het kunnen bedenken, visie tonen.”

Ik werd van jongs af aan overal bij betrokken

Samenwerken met andere boeren

“Mijn ouders hebben altijd conventioneel geboerd, maar ze hebben mij met een heel open houding opgevoed. Ik werd van jongs af aan overal bij betrokken en serieus genomen. Nu geven ze me de vrijheid om te experimenteren, als ik het maar goed kan onderbouwen.

Samenwerking met andere boeren vind ik ook belangrijk. Dat is de gemakkelijkste manier om dingen efficiënt en lokaal te regelen. Zo krijgt een geitenboer onze grasklaver en gebruiken wij zijn mest. Ik heb ook een collega-boer waar ik veel mee spar. Daar doen we allebei ons voordeel mee. Daarnaast lenen we onze machines aan elkaar uit. Ik denk dat dit soort praktijken veel gangbaarder zouden moeten worden. Vooral in gebieden waar veehouderij en akkerbouw aan elkaar grenzen.”

Weidevogels

“Verder ben ik trots op het feit dat ik steeds meer vogels op ons land zie. Daar doe ik namelijk wel wat voor. Zo ploeg ik, waar mogelijk, niet meer voor de bieten uit en laat ik de groenbemester ’s winters staan. In het voorjaar ga ik alleen kopeggen en daarna zaaien. Het geeft veel voldoening als je dan de kieviten en scholeksters ziet opvliegen. De slootwallen klepel ik ook niet meer, zodat er plek voor fazanten is. Prachtige beesten zijn dat!”

Beheer
WP Admin