Interviews met oud-winnaars van Agrarisch Ondernemer van het jaar

‘Groot deel bedrijf noodgedwongen opnieuw ingericht’

De omzet van Vereecken Fruit kelderde enorm, op het dieptepunt van de coronapandemie zelfs met ruim 35%, en toch is de Agrarisch Ondernemer van het Jaar in 2015 positief gestemd over de afgelopen periode.
Leander Vereecken uit Dronten (Fl.) maakte gebruik van de NOW-regeling om zijn vaste personeel aan het werk te houden en moet dat nu terugbetalen. “Na de terugval in het voorjaar van 2020 kwam de vraag weer terug. Zeker toen de horeca weer openging. Bovendien stegen de prijzen voor vers fruit. We zitten nu weer op 95% van de omzet in 2019. We hebben dus best goed gedraaid en moeten de NOW-steun terugbetalen. Terecht trouwens, het is gemeenschapsgeld, de overheid kan met dat geld weer andere dingen doen.”

Vereecken doet in grote lijnen nog hetzelfde als in 2015 toen hij samen met zijn broer Agrarisch Ondernemer van het Jaar werd: appels en peren telen, koelen, sorteren, schillen, persen, op maat snijden en verpakken. Vers fruit, sappen, appel- en perenschijven, het zit allemaal in zijn pakket. “Juist door die verbreding hebben we de coronaperiode goed doorstaan, want we zijn niet afhankelijk van één afzetmarkt of enkele grote afnemers.”

Het gaf wel veel stress. “Hoort erbij als ondernemer”, zegt hij. “Opeens ben je gedwongen om je organisatie opnieuw in te richten. Logistiek, de inzet van personeel, alles moest opeens anders. Bovendien konden de coronamaatregelen elk moment weer veranderen. Dat geeft onzekerheid, maar stimuleert ook de creativiteit. Je moet continu handelen, de vaste patronen zijn weg. Mijn team van 24 vaste personeelsleden heeft het prima voor elkaar gekregen.”

Hij werkt tijdens de oogst met zo’n honderd plukkers uit Polen, Letland en Roemenië. Een aantal haakte af, ze durfden niet naar Dronten af te reizen. “Het is gelukt om dat gat te vullen. Neemt niet weg dat we het plukken totaal anders moesten organiseren om onderlinge besmettingen te voorkomen. Je maakt afspraken en die moeten dan worden gehandhaafd. Is gelukt door gebruik te maken van mijn netwerk.”

Onder het vaste personeel zijn vier mensen besmet, onder wie Vereecken zelf. “De oorzaak van die besmettingen is niet gevonden, het is volgens mij niet hier op het bedrijf gebeurd. Lastig als mensen in quarantaine moeten, maar iedereen is uiteindelijk vervangbaar, ook ik.”

Hoe ondernemers inspelen op de veranderende markt zegt iets over hun ondernemerschap, vindt Vereecken. “Het lijkt me logisch dat de jury van de Agrarisch Ondernemer van 2022 daar extra op let. Wie zo’n hectische periode op een creatieve manier doorkomt door nieuwe wegen in te slaan, is in mijn ogen een uitstekende ondernemer.”

Aart van Cooten

‘Door corona nieuwe wegen ingeslagen’

In paniek na de persconferentie van Mark Rutte op 15 maart 2020? Absoluut niet, zegt Jan Dirk van der Voort uit Lunteren (Gld.). “Ik heb in mijn leven wel voor hetere vuren gestaan. Sluiting van de horeca betekende voor ons dat een belangrijk deel van de afzet wegviel. Dus de mouwen opstropen en nieuwe afzetkanalen zoeken. Dat geeft mij een kick.”

Jan Dirk van der Voort en zijn zoon Peter waren in 2016 Agrarisch Ondernemer van het Jaar. Zij melken Jersey-koeien en verwerken de melk tot biologische rauwmelkse kaas met natuurkorst onder de merknaam Remeker. Het bedrijf maakt een groeisprong, vooral vanwege de gestegen vraag. De veestapel neemt toe en daarmee de kaasproductie.
Begin van dit jaar hebben de ondernemers een boerderij met landwinkel erbij gekocht in Ede. Ze zijn gestart met de productie van ijs, er wordt nagedacht over het verwaarden van de wei en de landwinkel wordt verbouwd. “De coronapandemie heeft ons gestimuleerd om nieuwe wegen in te slaan.”

In maart 2020 ging de horeca dicht. Juist dat afzetkanaal is voor Van der Voort van levensbelang. “We werden onmiddellijk geraakt. Binnen zes weken hadden we alles op de rit. We hoefden er eigenlijk weinig voor te doen, de vraag van natuurvoedingswinkels, speciaalzaken en marktkooplui nam enorm toe. Uiteindelijk is 2020 een topjaar geworden, we hebben gigantisch goed gedraaid.”

Er werden nieuwe plannen gesmeed. Samen met zijn grootste afnemer is hij digitale workshops gaan organiseren voor koks en bijvoorbeeld winkeliers. “We lieten zien wat je allemaal kan met onze kaas, welke combinaties er mogelijk zijn met wijn, hoe je onze kaas kunt verwerken in recepten. Tegelijkertijd verkochten we op die workshops kaas-en-wijnpakketten. Er gingen zo duizenden pakketten per week de deur uit. Zonder corona hadden we dit nooit opgepakt.”

Corona maakte mij creatief, zegt hij. Hij liep het virus trouwens zelf ook op en moest in quarantaine. Hij moest verantwoordelijkheden uit handen geven en had de tijd om na te denken. “Ik ben gaan nadenken over het begeleiden van andere boeren. Binnenkort gaan dat van start. Een tiental boeren ga ik ondersteunen op het gebied van bodemkwaliteit, biodiversiteit en afzet. Zo ben ik met een legpluimveehouder bezig om een nieuw marktconcept te ontwikkelen.”

In barre tijden komen de beste ondernemers boven drijven, zegt hij. “Ik adviseer de jury van de verkiezing van de Agrarisch Ondernemer van het Jaar daar prioriteit aan te geven. De boer die succesvol nieuwe wegen inslaat in zo’n moeilijke periode mag wat mij betreft winnen.”

Aart van Cooten

‘Topjaar gedraaid door veranderend eetpatroon’

De horecaklanten van Giel Hermans bestellen normaliter op zondagavond. De maandagochtend na de roemruchte corona-persconferentie in maart 2020 opent hij zijn mailbox en constateert nul rundvleesbestellingen. “Ik denk eerst nog dat het digitale systeem hapert, maar het blijkt echt waar. In een keer is de vraag van de horeca compleet weggevallen.”

Hermans is Agrarisch Ondernemer van het Jaar in 2011. Hij was en is actief in de suikermais en rundvlees. De maistak is afgelopen tien jaar sterk gegroeid. Dat gold ook voor de rundvleestak, maar recent heeft hij zijn rundvleesbedrijf in Duitsland verkocht. “Ik ben inmiddels 50 jaar en wil het iets rustiger aan doen.”

Terug naar maart 2020, de horeca moet subiet dicht en de afzet van rundvlees (Hereford) valt vrijwel helemaal weg. “Tot die maand ging 80% van ons vlees naar de horeca. Die vraag viel weg. Mijn twee slagers moest ik naar huis sturen. Er was niks te doen. Maar wat gebeurt er? Wij hebben ook een winkel en zie tot mijn verbazing na twee weken lange rijen voor de winkeldeur staan. Iedereen ging thuis eten en de populariteit van lokale producten nam enorm toe. Dat is zo gebleven. Nu zet ik 80% van ons rundvlees direct af aan consumenten en nog maar 20% aan de horeca.”

Die ommezwaai in de afzet heeft hem geen windeieren gelegd. “De marge op vlees aan consumenten ligt hoger dan het vlees dat naar de restaurants gaat. Het werd een topjaar. Ik heb daar in feite niets voor hoeven doen. Door corona maken consumenten andere keuzes en ik kon daar vrij makkelijk aan voldoen. Ik mag dan wel in 2011 tot Ondernemer van het Jaar zijn gekozen, maar dit heeft weinig of niets met ondernemerschap te maken. Ik heb gewoon geluk gehad.”

Hetzelfde geldt trouwens voor de afzet van suikermais. Hij teelt mais in Nederland en heeft teeltafspraken met producenten in landen als Senegal, Marokko en Spanje. Zo kan hij jaarrond leveren aan zijn afnemers. In de lange zomer van 2020 kon hij nauwelijks aan de vraag van de supermarkten voldoen. “Het was steeds mooi weer en mensen gingen massaal barbecueën. Vaak met een maiskolf erbij. Turkse en Marokkaanse Nederlanders konden niet naar hun land van herkomst en bleven noodgedwongen hier. Dat leidde ook tot extra vraag.”

De invoer van suikermais om hier te verwerken, is gewoon doorgegaan. “Het vrachtvervoer heeft gelukkig nauwelijks last gehad van de coronamaatregelen. Maar ik kon zelf niet met het vliegtuig naar mijn maisproducenten. Per telefoon kon ik vrijwel alles regelen, maar het is goed om elkaar af en toe in de ogen te kijken. Dat is goed voor het onderlinge vertrouwen. Binnenkort ga ik weer eens naar Spanje, ben ik blij mee.”

Aart van Cooten

Beheer
WP Admin