Redactie
Bouke Poelsma
freelance redacteur
Familie Jannink houdt op vier opfoklocaties in Bentelo, Ambt Delden en Vroomshoop (Ov.) 100.000 leghennen en 150.000 vleeskuikenouderdieren . Gerrit Jannink zette het bedrijf in 1965 op, Patrick (54) en Lilian namen het over en straks wil zoon Stijn (21) het voortzetten.
Stijn (21): ‘Flexibiliteit en vakmanschap, dat leerde ik van mijn vader’
“Ik heb altijd boer willen worden. Het werk is gewoon mooi. De vrijheid spreekt me aan. Natuurlijk heb je ook verplichtingen. Als opfokker sta je 24/7 paraat. Ik ben van huis uit niet anders gewend. Ik probeer me niet te veel te ergeren aan nieuwe wet- en regelgeving. Je hebt er weinig over te zeggen. Het heeft ook geen zin om er telkens maar tegenaan te schoppen. Maar soms vraag je jezelf wel af waar je het allemaal voor doet.
Onze locatie in Vroomshoop ligt in de buurt van een Natura 2000-gebied. Het is niet bekend of we de deuren daar moeten sluiten. Die onzekerheid zorgt ervoor dat we investeringen voor ons uitschuiven.
Mijn vader heeft in 35 jaar heel wat gedaan. Hij heeft kansen gezien en gepakt. Hij gaat risico’s niet uit de weg en staat open voor innovaties. Meebewegen met de markt en flexibel zijn; dat zijn belangrijke lessen die ik van m’n vader heb meegekregen. Zo is hij 25 jaar geleden ook in de opfok leg begonnen. Hij werd er voor benaderd en heeft toegehapt. In verband met hygiëne hebben we de opfok vleeskuikenouderdieren en de opfok leg strikt gescheiden. Ik heb geen voorkeur voor een van beide takken. Ik vind het allebei mooi.”
Oog voor dieren “Mijn vader heeft oog voor de dieren. Als jongetje vond ik het altijd al mooi om met hem mee de stal in te gaan. Hij heeft me geleerd om goed naar de kippen te kijken, om signalen op te pikken. Aan het gedrag van de dieren ziet hij vaak al snel dat er wat aan de hand is. Ik bewonder het vakmanschap van m’n vader. Als hij een kip vasthoudt, weet hij al wat het dier weegt. Hij zit er hooguit een paar gram naast.
Selecteren, enten en schoonmaken; het is niet altijd leuk, maar het hoort er wel bij. Mijn vader en ik helpen gewoon mee. Het is niet zo dat we deze klussen door onze medewerkers laten opknappen. We zijn teamplayers en zetten ons in voor onze medewerkers. Ik weet zeker dat dit door hen wordt gewaardeerd.
Mijn vader geeft me de ruimte. Op mijn stageadres worden stalgegevens op de iPad ingevuld. Wij werken thuis nog met de aloude hoklijsten. Dat gaat op termijn wel veranderen. Mijn vader staat open voor digitalisering en automatisering.”
Strak erf “Ik vind het belangrijk dat het erf er netjes en strak bij ligt. Als de kippen er goed uitzien en onze ketenpartners tevreden zijn, dan kan ik daar echt van genieten. Dan kijken we hier tijdens de vrijdagmiddagborrel met een goed gevoel terug op de week.”
Stijn: “Ik heb altijd boer willen worden. Het werk is gewoon mooi. De vrijheid spreekt me aan.”
Patrick (54): Samenwerking is de sleutel tot succes’
“Ik kwam in 1990 van school af. Zelf had ik op dat moment meer met de varkens dan met de kippen. Mijn vader Gerrit spoorde me aan om met de kippen verder te gaan. Het is een goede keuze geweest om in deze tak van sport te investeren. Van mijn vader heb ik van jongs af aan geleerd om secuur te werken en kwaliteit te leveren. Dat heb ik ook aan Stijn meegegeven.
Mijn vrouw Lilian en ik zagen al snel dat Stijn later ook boer wilde worden. Als hij thuiskwam van school, dan liep hij meteen door naar achteren, de stal in. Stijn werkt secuur en netjes, evenals onze twee fulltime medewerkers Bastiaan en Maarten. Ik kan gerust eens een weekje weg. Ik heb er ook geen moeite mee om verantwoordelijkheden uit handen te geven.”
Iedere vrijdagmiddag bespreking
Patrick: “Ons vak is en blijft uitdagend. Ieder koppel is toch weer anders.”
Als opfokkers van vleeskuikenouderdieren en leghennen vormen we een tussenschakel in de markt. We moeten flexibel zijn en inspelen op de marktvraag.
We doen al jarenlang zaken met ketenpartners PoultryPlus en Het Anker. Ook met andere erfbetreders onderhouden we lange relaties. Goede koppels afleveren; dat is iedere ronde weer ons streven. Ons vak is en blijft uitdagend. Ieder koppel is toch weer anders. Het blijft levende have. Als er eens iets aan de kippen mankeert, dan krijgen we dat te horen. Vaak blijft het stil. Geen bericht, goed bericht; zo werkt het nu eenmaal. Maar als het goed is, dan mag dat van mij ook weleens gezegd worden. Dat is toch een stukje waardering voor je werk.”
Trots “Het maakt me trots dat Stijn het bedrijf wil overnemen. Hij zit nu nog op school en loopt stage. Wat mij betreft mag hij straks ook nog wel een tijdje buiten de deur werken. Daar kan hij alleen maar van leren. In de praktijk leer je nu eenmaal het meest.
Ik maak me zorgen over het huidige ondernemersklimaat. De overheid verschaft ons maar geen duidelijkheid over de toekomst. Dat is frustrerend, zeker voor jonge ondernemers. Het is belangrijk dat ook de volgende generatie perspectief wordt geboden. Wij zijn boer in hart en nieren en willen verder.”