‘De wolf jaagt het schaap het land uit’
De wolf is een schitterend dier. Tenminste, als je door de bril van iemand als natuurfilmmaker David Attenborough kijkt. Als toeschouwer, veilig van achter een camera. Maar de wolf is ook een verschrikkelijk roofdier. Voor je schapen, ander kleinvee en zelfs pony’s en runderen is het een monster dat niet alleen doodt om zijn maag te vullen, maar ook wild om zich heen bijt.
Hoe moeten we daarmee omgaan in Nederland? Dat is een heikel en bijna onoplosbaar probleem, waarover de meningen zeer sterk verdeeld zijn. Beide kampen verketteren elkaar. Ze komen met oneigenlijke argumenten en zetten een vertekende voorstelling van zaken neer.
Bang van helemaal niemand
Een paar voorbeelden: wolvenliefhebbers wijzen er graag op dat ook honden nogal eens schapen de dood injagen en ‘dat je daar niemand over hoort’. Een onzin-argument, want bij honden is altijd iemand aansprakelijk en aanspreekbaar, namelijk het baasje. Bij de wolf is dat niet zo. Andere fabeltjes over de wolf zijn dat ie veel liever reeën eet dan schapen en van nature zo schuw is dat ie mensen altijd uit de weg gaat. Alleen ‘ontspoorde’ wolven zouden de nabijheid van mensen opzoeken. De realiteit is echter dat wolven opportunistische top-predatoren zijn. En die zijn van nature van niemand bang.
Wolf jaagt schaap het land uit
Maar ook de andere kant heeft zo zijn mythes, bijvoorbeeld dat de wolf moedwillig naar Nederland gehaald zou zijn om, uiteindelijk, boeren weg te pesten. De realiteit is dat het dier op eigen kracht ons land gevonden heeft – onder dekking van wettelijke bescherming. Aan die bescherming wordt nu heel voorzichtig geknabbeld, want het besef dringt door dat het zo niet kan. Maar de benodigde wijziging van de Europese habitatrichtlijn heeft veel voeten in de aarde en gaat tergend langzaam. Deze week stemt het Europees Parlement over de verlaging van de beschermde status van de wolf, waardoor er zicht komt op de mogelijkheid van actief beheer.
Intussen nemen de problemen verder toe. De schadecijfers blijvend sterk stijgen. Schapenhouders – veel van hen zitten juist in de buurt van natuurgebieden waar wolven zitten – zijn wanhopig. Wolfwerende maatregelen helpen vaak onvoldoende en zijn ondanks de subsidies onbetaalbaar voor hen. De comeback van de wolf is zo ‘succesvol’ dat professionele schapenhouderij uit delen van Nederland dreigt te verdwijnen.
Aanwijzen van natuurgebieden voor wolf
Het wolvenprobleem is zeer emotioneel beladen. Het is verleidelijk om te pleiten voor uitroeiing van het dier in Nederland. Weg ermee, dit roofdier past hier niet meer. Technisch gezien kan dat vast ook wel. Maar juridisch, maatschappelijk en politiek is het niet haalbaar. De vraag is ook of het nodig is. Zelfs LTO zit niet op die koers.
Een Nederland met wolven én veehouderij is mogelijk. Maar niet overal. Het wordt tijd om serieus na te denken over compartimentering. Wijs een paar grote natuurgebieden aan waar wolven kunnen leven. Net als met wilde zwijnen. En bestrijd de dieren daarbuiten. Het is een illusie om te denken dat je heel Nederland kunt beveiligen met wolfwerende hekken. Beperk dat tot de de grote natuurgebieden en hun omgeving en zorg daar dan ook voor een echte vergoeding.
Als het doorgaat zoals nu, dan hebben we straks wel wolven maar geen schapenhouders meer in Nederland.
Reacties
Je moet een account hebben om te reageren
Voordelen van een account:
Krijg toegang tot de beste en meest actuele artikelen.
Discussier mee met collega’s, experts en specialisten.