Teler Robert Sandee teelt prei op water. - Foto: Peter Roek AkkerbouwAchtergrond

Bovenwettelijke residu-eisen verdwijnen niet meer

Supermarkten blijven bij gewasmiddelen en voeding bovenwettelijke eisen opleggen. Wetenschappelijk gezien is er geen reden voor. “Maar de consument wil geen chemie.”

Hoewel bovenwettelijke eisen rond mrl’s (maximale residulimieten) wetenschappelijk bekeken overbodig zijn, zullen supermarktketens ze blijven opleggen. Het gaat namelijk niet om de feiten, maar om het gevoel en maatschappelijk draagvlak bij de consument. Producenten zullen daarin mee moeten gaan.

Onlangs maakte Albert Heijn bekend dat het in 2019 de 28 middelen die het meest schadelijk zijn voor het milieu en voor bijen uit zijn schappen wil weren. Dat betekent dat producenten die middelen in hun gewassen niet langer mogen gebruiken.

“De consument wil geen chemie, dus dan wil de retail dat ook niet”, hield retaildeskundige Huub Welles van Welles Agro & Retail Desk zijn gehoor voor op het symposium ‘Innovatiedilemma: supermarkt versus teler of supermark én teler’. “Het is een ontwikkeling die je kunt proberen te vertragen, maar je zult er toch in mee moeten. Wetenschappelijk gezien is er ook geen reden voor bovenwettelijke eisen, maar hier gaat het om het gevoel bij de consument. Een gevoel kun je niet weerleggen met wetenschappelijke feiten. De consument wantrouwt die zelfs.”

Vertrouwensrelatie met afnemer opbouwen

Om als producent mee te kunnen praten, moet je een vertrouwensrelatie opbouwen met je afnemer. Daarbij is rechtstreeks contact zonder tussenschakel het beste. Alleen dan kan een teler aangeven waar de knelpunten zitten en welke middelen hij bijvoorbeeld absoluut niet kan missen. In goed overleg zijn er oplossingen te vinden, zodat de kwaliteit en de kwantiteit niet in gevaar komt, is de ervaring van bladgewassenteler Gerard Kouwenberg uit Beek en Donk. Hij teelt al 20 jaar voor Bakker Barendrecht/Albert Heijn.

Als producent ‘de aanval kiezen’

Producenten zouden ook meer ‘de aanval’ mogen kiezen door goede ontwikkelingen veel beter uit te dragen en te laten zien wat erbij komt kijken om een heel voedselveilig product te telen. “De beleving van de producent moet je als sector zien over te brengen door een beeld te schetsen van de passie voor het produceren van een (h)eerlijk product”, aldus Welles.

Om een voet bij de retail tussen de deur te krijgen, moet je met een ‘panklaar recept’ naar de betreffende category manager stappen. Een voorbeeld daarvan is het concept van prei telen op water van Robert Sandee in het Zeeuwse Kamperland. De regionale supermarktketen Agrimarkt pakte het op, omdat ze het idee van ‘prei zonder zand’ met nauwelijks chemie wel zagen zitten. “De retail verwacht ontzorging tot aan het schap”, aldus Welles. “Daar is dit een goed voorbeeld van. Die category managers hebben weinig tijd. Je kunt ze het beste benaderen via een leverancier waar ze vertrouwen in hebben.”

Biologisch gaat verder groeien

Dat ‘biologisch’ een verdere vlucht gaat nemen, staat voor Welles vast. Dat Milieukeur de ‘license to produce’ wordt ook. Daarin past het project PPS Groen (Gewasbescherming, Robuust, Optimaal, Economisch & Natuurlijk) waarin gezocht wordt naar niet-chemische alternatieven om de afhankelijkheid van chemie (verder) te verminderen. “Misschien rijden er straks wel robotjes door het veld om onkruid te wieden”, schetste onderzoekster Marleen Riemens van Wageningen UR als beeld voor de toekomst. Aan dit project nemen producenten, handelaren en retailers deel. “Een ketenbreed gedragen initiatief is vrij uniek. Het is de richting die we op moeten.”

Beheer
WP Admin