Boerin Ester: ‘Kinderen zagen een ui en vroegen: wat is dit?’
Een boerderij met educatie, een baan als bloemist én een jong gezin: boerin Ester van Beinum heeft haar handen vol. Toch zou ze niet anders willen. “Het is hier zo mooi, ik krijg zoveel mee van de schepping.”
Het boerenleven was voor Ester geen onbekend terrein toen ze met haar boer Arjan trouwde. Haar vader hield namelijk varkens. Dat het er in de akkerbouw heel anders aan toegaat, dat leerde ze gaandeweg. “Akkerbouw laat zich minder goed plannen. De invloed van het weer bepaalt veel. Bij goed weer worden werkzaamheden bijvoorbeeld naar voren getrokken. Arjan is daar altijd heel open over geweest. Van begin af aan zei hij: soms gaat het werk even voor. Ester accepteerde dat en had er nooit moeite mee. “Als je je gaat verzetten, wordt het moeilijk. Ik kan vrij makkelijk schakelen als de plannen ineens veranderen. Dan denk ik: oké, het gaat even niet zoals ik gedacht had, laat ik eens kijken hoe ik het dan wel ga doen.”
De taakverdeling is zo dat Arjan de boerderij doet en dat Ester zorgt voor de kinderen. Dat betekent onder andere veel heen en weer rijden naar school, vriendjes, zwemles en sport. “Ik probeer zoveel mogelijk ritten te combineren, maar soms zit ik wel acht keer op een dag in de auto en voel ik me net een taxibedrijf. Ook dat is iets dat ik maar beter kan accepteren. Dan heb je er ook geen stress van.”
Lees verder onder de foto

Baan als bloemist combineren met gezin
Waar ze dan wel stress van heeft? “Ik heb niet zoveel stress eigenlijk,” zegt ze na enig nadenken. Duidelijke afspraken maken helpt daarbij, mede daardoor kan Ester haar baan als bloemist goed combineren met het gezin. “Op de dagen dat ik er niet ben, haalt Arjan de kinderen van school. Of opa doet dat. “Hij vindt het leuk, de kinderen vinden het leuk, wat wil je nog meer? En zo kan ik blijven werken, want ik ben heel graag bloemist. Ik houd van bloemen en van het contact met klanten. Soms hebben we echt heel persoonlijke gesprekken. Toen ik zwangerschapsverlof had, miste ik dat want hier thuis ging het vooral over akkerbouw. Ik ben erg betrokken bij het bedrijf, maar ik kan niet helemaal op niveau meepraten omdat ik niet alle kennis heb.”

Boerderijeducatie
Ze heeft echter genoeg kennis om via boerderij-educatie aan kinderen in de basisschoolleeftijd uit te leggen hoe het reilt en zeilt op de boerderij. “Er kwamen wel eens vriendjes spelen en bij het zien van een ui zeiden ze: wat is dit? Zo kwam ik op het idee en meldde me aan bij Kombijdeboer, een onderdeel van Boerderijeducatie Nederland. Educatie is niet iets dat je zomaar even kunt gaan doen, je moet eerst een cursus volgen, BHV doen, een VOG regelen en je verzekering aanpassen. Toen alles voor elkaar was, kon ik aan de slag en schoolklassen ontvangen.”
Hoe ze de les invult, mag ze zelf bepalen. Zo bedacht ze een spel waarbij de kinderen verschillende producten en gewassen te zien krijgen. Vervolgens moeten ze, met de kennis die ze opgedaan hebben, uitzoeken wat bij wat hoort. ”Het is zo leuk om te doen en het geeft zo’n goed gevoel als kinderen de link leggen tussen een glas cola en een suikerbiet. Of tussen McDonalds en aardappelen.”
‘Ik krijg hier heel veel mee van de schepping’
Alles bij elkaar zou Ester geen ander leven willen dan het boerenleven. “Ja, er zitten nadelen aan. Zo is het werk nooit klaar. Maar hoe erg is dat eigenlijk? Ik kijk vooral naar de voordelen. We wonen achteraf maar we maken wel deel uit van de voedselketen, we betekenen echt iets voor de wereld. En kijk om je heen, het is hier zo mooi. Ik krijg hier heel veel mee van de schepping.”
Ze zegt het niet voor niets. “Drie jaar geleden ben ik tot levend geloof gekomen. Ik geloof dat ik een kind van God ben en een leerling van Jezus Christus. Het is een lang verhaal maar de korte versie is dat ik veel last had van angsten. Door gebed ben ik daarvan genezen. Toen besefte ik dat ik het niet allemaal alleen hoef te doen. Dat geeft me rust. Als ik nu sterf, weet ik dat ik in de hemel kom. Daar was ik eerder niet zo zeker van.”
Elkaar helpen, kan iedereen doen
Ze probeert ook haar zoontjes bewust te maken van het geloof. “Het is uiteindelijk hun eigen keus of ze bij God willen horen of niet. Wat ik in elk geval probeer over te brengen, is dat er meer is dan het materialisme van deze tijd. Voor de kerst ging ik met de kinderen boodschappen doen voor de voedselbank. Zo leerden ze dat er ook mensen zijn die het minder goed hebben dan zij, die niet genoeg te eten hebben, en dat we er zijn om voor elkaar te zorgen.” Maakt het daarbij uit of je op een akkerbouwbedrijf woont en zelf voedsel produceert? “Dat denk ik niet. Elkaar helpen, kan iedereen doen.”