Boereninkomen in EU houdt inflatie niet bij
Het gemiddelde inkomen per boer zal in de Europese Unie de inflatie niet bijhouden. Dat is het vooruitzicht dat de Europese Commissie schetst in de Agricultural Outlook 2024, waarin op basis van de huidige omstandigheden wordt gekeken hoe markten, prijzen en inkomens zich ontwikkelen. De auteurs stellen nadrukkelijk dat de outlook niet moet worden gelezen als een voorspelling.
De boereninkomens blijven de komende jaren (tot 2028) stabiel en in de jaren na 2028 wordt een stijging verwacht van ongeveer 1,5% per jaar. Maar die stijging blijft achter bij de inflatie van naar verwachting 2% per jaar.
Bij de verwachte inkomensontwikkeling wordt wel een aantekening gemaakt: een groter deel van de arbeidsuren in de landbouw zal worden betaald, en gekeken naar de inkomsten per arbeidseenheid zal het inkomen naar verwachting licht toenemen.
Mogelijk tekort aan arbeidskrachten
Het rapport waarschuwt voor mogelijk tekort aan arbeidskrachten in de landbouw op termijn. De vooruitblik gaat uit van modernisering van de landbouw en verbetering van de arbeidsproductiviteit, zoals dat in de afgelopen jaren ook het geval is geweest. Probleem is echter de vergrijzing in de landbouw. Agrarische innovaties vragen meer kennis en kunde van de boer. Met een gemiddelde leeftijd van de Europese boer van 57 jaar is verjonging van de sector een vereiste. De landbouw zal steeds meer geschoolde arbeid nodig hebben.
De outlook schetst dat de vleesconsumptie in de Europese Unie afneemt, met name varkens- en rundvlees. Tegelijk neemt de consumptie van peulvruchten (plantaardige eiwitten) licht toe, is het vooruitzicht. De zuivelconsumptie blijft gelijk, maar er is wel een verschuiving van de consumptie van verse producten naar meer gespecialiseerde zuivel, zoals zogenoemde ‘functional foods’. De productie en consumptie van kaas groeien naar verwachting. Consumptiemelk daarentegen zit in een dalende trend.
Verandering in grondgebruik
De melkveehouderij zal een omslagpunt bereiken, waarbij de krimpende omvang van de veestapel niet langer gecompenseerd wordt door een toenemende productie per koe.
Het landbouw- en bosareaal blijft in de komende tien jaar nagenoeg gelijk. Maar er zal wel een verandering in grondgebruik plaatshebben. In de akkerbouw wordt een verschuiving van granen en koolzaad verwacht naar sojabonen, peulvruchten en andere oliezaden.
Minder vraag naar veevoer
De oogstopbrengsten voor granen en oliezaden zullen iets toenemen, is het vooruitzicht. Dit als gevolg van toepassing van precisielandbouw, digitalisering en verbeterde bodemgezondheid. Tegelijk zullen landen waar de oogsten nu gemiddeld kleiner zijn, waarschijnlijk hun achterstand inhalen.
De vraag naar veevoer neemt af, vanwege een verkleining van de veestapel. Er wordt een trend verwacht naar meer extensieve veehouderij. Tegelijk schetst het rapport een toenemende voerefficiëntie en verbetering van de voederconversie door erfelijke verbeteringen in het vee.