Foto: Ronald Hissink BoerenlevenAchtergrond

Boeren hebben de balen

Ze slapen slecht en zijn niet meer gemotiveerd. Voor de meeste boeren nam de lol in het werk het laatste jaar af. Er wordt niet voldaan aan de 3 belangrijkste psychologische behoeften.

Het zal weinigen ontgaan zijn: de sfeer in agrarisch Nederland is vooral het afgelopen jaar grijs en grimmig geworden. Dat blijkt bijvoorbeeld tijdens bijeenkomsten waar gesprekken vrijwel alleen maar lijken te gaan over de onheuse bejegening van boeren die het gevoel hebben dat ‘ze ons weg willen hebben uit Nederland’. Ook op internet regent het boze en gefrustreerde reacties zodra een onderwerp ook maar iets aan de landbouw raakt.

Online enquête Boerderij

Wat is er toch aan de hand? Vinden boeren hun werk niet meer leuk? Boerderij peilde de stemming via een online enquête. Bijna 1.000 keer werden de vragen ingevuld. Het beeld dat uit de antwoorden naar voren komt, is helder: nog steeds is het werk overwegend leuk, maar de glans ging er het afgelopen jaar wel af. De reden? Met stip op 1 staat de overheid die boeren voor hun gevoel hindert in het goed kunnen uitoefenen van hun beroep. Op nummer 2 staan de steeds krappere marges tussen opbrengsten en kosten en op 3 komen de burgers die zich – zonder kennis van zaken – met het boerenwerk bemoeien.

Lees ook: Stemming boer geschaad door droogte

Vooral onvrede onder oudere boeren

De ergernis over met name deze 3 zaken is groot. De jongere generatie haalt er relatief vaak de schouders over op, de oudere generatie juist niet. Hier is de onvrede het grootst en dat is niet verwonderlijk. Mensen van deze leeftijd hebben de jaren van bloei nog meegemaakt, jaren waarin ze relatief makkelijk konden groeien, jaren met goede prijzen en jaren waarin burgers hen amper een strobreed in de weg legden. Van die vrijheid is niet veel meer over en dat zorgt voor veel boosheid, frustratie en tal van andere klachten.

Kort lontje en slecht slapen

Het blijkt vooral moeilijk om nog gemotiveerd te blijven, ruim 41% heeft moeite om aan de gang te komen. Een andere opvallende klacht is dat veel boeren een kort lontje krijgen. Maar liefst 34% geeft aan dat dit bij hen speelt en nog eens 12% geeft aan veel ruzie met de mensen in de omgeving te maken. Een derde van de boeren die de enquête invulden, slaapt slecht van alle malaise.

Vooral varkenshouder mist werkplezier

Het zijn vooral varkenshouders die de pest in hebben. Van hen zegt bijna een kwart meestal geen plezier meer te hebben in hun werk. Onder melkveehouders is dit 14% en onder akkerbouwers 11%. Varkenshouders mogen dan van alle sectoren het meest de balen hebben, op internet roeren ze zich het minst. Drie procent geeft aan zich af te reageren op allerlei websites en sociale media tegenover 12% van de akkerbouwers en 7% van de melkveehouders.

Ieder mens heeft 3 psychologische behoeften

Hoe kan het dat omgevingsfactoren zo’n invloed hebben op het menselijk functioneren? Professor doctor Tinka van Vuuren, bijzonder hoogleraar Vitaliteitsmanagement aan de Open Universiteit Nederland, verklaart dat vanuit de zogenaamde zelfdeterminatietheorie. Die stelt dat ieder mens 3 psychologische behoeften heeft die zorgen voor hun motivatie, mits die behoeften bevredigd worden natuurlijk.

Lees verder onder de foto

Vooral varkenshouders hebben minder lol in hun werk, ze hebben weinig zin om elke dag weer aan de slag te gaan. - Foto: Ronald Hissink

Vooral varkenshouders hebben minder lol in hun werk, ze hebben weinig zin om elke dag weer aan de slag te gaan. – Foto: Ronald Hissink

Boer is steeds minder autonoom

Elk mens heeft behoefte aan autonomie oftewel zelfstandigheid. Daarnaast is er behoefte aan competentie en verbinding. Van Vuuren denkt dat de mogelijkheden voor boeren om autonoom te kunnen zijn, steeds kleiner worden door de bemoeienis van overheid en burgers. Daardoor is er tevens minder verbinding. Verder moeten boeren steeds maar zien dat ze financieel het hoofd boven water houden en dat ondermijnt hun gevoel van competentie ofwel kundigheid.

Huidige omstandigheden voor boeren voelen aan als een ‘misère waaruit niet te ontsnappen valt

Pontus Leander, universitair docent arbeids- en organisatiepsychologie bij de Rijksuniversiteit Utrecht, deed onderzoek naar onder meer de psychologische behoeften van mensen en de gevolgen als daar niet aan voldaan wordt. Hij vermoedt dat de huidige omstandigheden voor boeren aanvoelen als een ‘misère waaruit niet te ontsnappen valt.’ Immers, de kans dat de overheid de teugels laat vieren is klein, de kans dat de opbrengstprijzen ineens de lucht in schieten ook. Evenmin zullen burgers zich niet meer met boeren en hun vee bemoeien.

Boer moet regie zelf weer terug zien te krijgen

Toch is het niet zo dat boeren hierdoor niet meer voor- of achteruit kunnen. Ze kunnen wel degelijk zelf weer de regie over hun werk krijgen en daarmee hun boosheid en frustratie omzetten in de vrolijkheid en voldoening die ze vroeger naar eigen zeggen wel hadden. Van Vuuren denkt bijvoorbeeld aan een B&B starten, biologisch gaan werken, gaan zelfzuivelen of wat dan ook. Ook Leander geeft aan dat gevoelens van onvrede meestal niet vanzelf verdwijnen als de omgevingsfactoren gelijk blijven. Hier een weg in vinden, vergt persoonlijke actie, verwachtingen zullen bijgesteld moeten worden. Dit is lastig, vaak is er hulp bij nodig, maar het is niet onmogelijk.

Merendeel zoekt geen hulp

Ondanks de mentale klachten, peinst het overgrote merendeel er niet over om hulp te zoeken in de vorm van bijvoorbeeld een coach of psycholoog. Zeven procent denkt er over na en één procent geeft aan nog nooit hulp gezocht te hebben maar die stap dit jaar wel te gaan zetten.

Beheer
WP Admin