Bijna 20% minder ammoniak in drie jaar
De veertig onderzoeks- en demonstratiebedrijven van Netwerk Praktijkbedrijven haalden in 2023 een gemiddelde vermindering van 19,4% ammoniakuitstoot op bedrijfsniveau. Dat blijkt uit analyse van de KringloopWijzers van deze bedrijven.
De vermindering is ten opzichte van uitgangsjaar in 2020. Het uiteindelijke doel is 30% minder ammoniakemissie in 2025. Voor de netwerkdeelnemers is de absolute hoeveelheid bedrijfsemissie in kilo’s leidend. Druk je de ammoniakemissie echter uit in andere eenheden, dan blijkt de reductie nog groter. Per GVE is de reductie 24,2%, per ton meetmelk 24,3% en per ha is dat 21,8%. Dat de reductie op bedrijfsniveau iets lager is, komt doordat de bedrijven wel autonoom groeien met +6,2% GVE en +8,5% meer melk.
Groei veestapel en melkproductie
De totale methaanemissie per bedrijf van de onderzoeks- en demonstratiebedrijven steeg in de periode 2020-’23 met 4,7%. Dit hangt samen met groei van de veestapel en melkproductie. Wordt de methaanemissie uitgedrukt in andere eenheden, dan is de toename beperkter en is zelfs een lichte daling zichtbaar. Respectievelijk -1,4% per GVE, -1,6% per ton meetmelk en +1,6% per ha.
Omdat de emissie sterk samenhangt met de veestapel heeft de eenheid GVE de voorkeur om de beperking van de emissie vast te stellen. Vaak wordt de eenheid ‘per 1.000 kilo melk’ gebruikt, maar men vindt dit niet optimaal omdat dit op bedrijven met een lagere productie een vertekend beeld geeft.
Routeplan
Netwerk Praktijkbedrijven werkt volgens een routeplan aan 30% minder ammoniak- en methaanemissie in 2025. Managementmaatregelen staan centraal. De deelnemers zijn in 2022 voor het eerst met ammoniak aan de slag gegaan. Pas vanaf 2023 zijn ze gericht met methaanreductie op het eigen bedrijf gestart. Veel kennis over methaan, en hoe dit in te passen in de bedrijfsvoering, is nog volop in ontwikkeling.
Hoi Ronald,
Dit is wat er letterlijk als noot onder het persbericht staat.
”Om de cijfers te kunnen vergelijken, kun je deze in diverse eenheden uitdrukken. Zo kun je de emissie uitdrukken per 1.000 kg melk. Echter is dit niet optimaal: bij bedrijven met een lagere melkproductie ontstaat hierdoor een vertekend beeld. Omdat de emissie direct samenhangt met de veestapel, is de weergave in per GVE daarom objectiever.”
Men is in deze dus de projectleiding, zijnde LTO Noord en WUR.
Dankjewel voor het antwoord.
Graag vraag ik aan dhr Hogenkamp wie hij bedoelt met “men”?
“ maar men vindt dit niet optimaal omdat dit op bedrijven met een lagere productie een vertekend beeld geeft.”
Het geeft geen vertekend beeld. Het geeft een realistisch beeld.
Melkkoeien produceren melk. De uitstoot druk je daarom uit per liter melk of per 1000 liter melk.Dat dieren met een lagere melkproductie slechter scoren is inherent aan de slechtere omzetting van voer in melk door laagproductieve veestapels.
Het zou gek zijn om een bepaalde uitstoot per bedrijf te kunnen halveren door een dubbel aantal koeien te gaan houden. Dat is mogelijk wanneer je het per GVE gaat berekenen.
Wanneer je voedsel wilt produceren met een zo laag mogelijke footprint is het verhogen van de voerefficiëntie van koeien de beste oplossing.
Het is wel interessant welke mensen de schrijver bedoeld wanneer hij spreekt over “men”.