Een zeug met twaalf biggen was in 1941 een hele verschijning. Dit was het maximaal mogelijke, getuige de voedertabellen die adviezen gaven tot maximaal twaalf biggen per zeug. Zulke hoogproductieve dieren dienden intensief gevoederd te worden met knollen, bieten, granen en vismeel of rauwe vis. Wat de zeug op de foto te vreten kreeg, staat er niet bij maar die twaalf biggen kon ze duidelijk goed aan. - Foto: Misset BoerenlevenAchtergrond

1941: Topzeug kreeg aardappelen, bieten en rauwe vis

De meeste zeugen kregen vroeger zes tot acht biggen per worp. Verder dan twaalf gingen de voertabellen in 1941 niet. 

 

Het moet een hele verschijning zijn geweest in 1941. Op een fokveedag liep deze zeug met maar liefst twaalf biggen rond. Dat was veel.

De voedingstabellen hielden amper rekening met zo’n grote toom. Adviezen waren gericht op dieren met zes tot acht biggen. Zulke zeugen moesten tussen de 3,6 en 6,4 kilo droge stof per dag hebben. Met zo’n ruime marge kon je alle kanten op en dat gebeurde dan ook. Het kwam erop neer dat varkens in de wei hun kostje bij elkaar scharrelden. Dat werd op stal aangevuld met een zelfgemaakte brij van wat er maar beschikbaar was zoals maismeel, granen of gekookte aardappelen.

Wat het gemiddeld aantal levend geboren biggen per zeug was, is niet te zeggen. Betrouwbare productiecijfers uit die tijd zijn er nauwelijks. Varkens waren destijds een diergroep ‘voor erbij.’

Grotere toom

Ruim tien jaar later is dat duidelijk aan het veranderen. Middels gerichte fokkerij werken boeren aan het opschroeven van het aantal biggen per zeug. In de landbouwgids van 1952 gaan de voertabellen inmiddels verder dan acht. De tabel eindigt bij twaalf.

Van zo’n zeug werd dusdanig veel gevraagd dat ze dagelijks ongeveer 1 kilo VES moest hebben. Dat stond voor Verteerbare Eiwitachtige Stoffen. Daarbovenop was bijna 5 kilo aan ZW oftewel Zetmeel Waarde nodig. Producten met een hoge ZW waren naast de al genoemde aardappelen ook rauwe suikerbieten.

En het eiwit? Daar kon graan in voorzien en natuurlijk vismeel. Dat behoorde samen met rauwe vis tot de topvoeders voor fokzeugen.

Bekijk ook de video over het boerenleven in het Drentse Zuidwolde (1936)

 

In de rubriek Zo ging het toen gaan we terug in de tijd. Boerderij bestaat al meer dan 100 jaar en aan de hand van foto's uit het archief kijken we naar de agrarische sector in de vorige eeuw. Benieuwd naar meer historie? Check het dossier Zo ging het toen.

Reacties

Je moet een account hebben om te reageren

Voordelen van een account:

Krijg toegang tot de beste en meest actuele artikelen.

Discussier mee met collega’s, experts en specialisten.