Foto: Hans Banus AkkerbouwFoto

Akkerbouwer geeft natuur kans om hem te helpen

Akkerbouwer Peter Harry Mulder in Muntendam (Gr.) doet al in de praktijk wat samenleving en overheid in de toekomst van landbouwers verwachten, namelijk natuurinclusief boeren. Daardoor hoeft hij al voor het 7e jaar geen insecticiden meer in te zetten tegen luizen in zijn gewassen.

De 3 meter brede bloemenstrook staat midden in een perceel zetmeelaardappelen. Mulder zaaide deze het jaar ervoor in een graanperceel. De strook is te smal om voor een vergoeding in aanmerking te komen, maar de ondernemer vindt zulke stroken belangrijk als schuilplaats en voedselbron voor natuurlijke vijanden.

Een berm zoals Mulder die graag ziet. Met bloeiende planten die na verschraling vanzelf weerkomen. Om tot een meer natuurinclusieve landbouw te komen, is het volgens Mulder nodig dat ook de overige grondgebruikers, zoals gemeente en waterschap, hun verantwoordelijkheid nemen voor de ontwikkeling van een natuur inclusief boerenbuitengebied.

Een met bloemenmengsel ingezaaide berm. De werkgroep heeft het onderhoud van de wegbermen naast de percelen van de gemeente overgenomen. De bedoeling is om de bermen te verschralen, zodat deze ook een bijdrage leveren aan de biodiversiteit in het gebied.

Mulder wijst op een project van de werkgroep Boerenbuitengebied waarvan hij lid is. In het project is het gelukt om de grauwe klauwier weer naar het gebied te lokken. Als de grauwe klauwier in het gebied wil nestelen, is dat volgens Mulder een indicatie dat er veel insecten zitten en dat het met de biodiversiteit in het gebied de goede kant op gaat.

Lakenvelders zorgen voor de begrazing.

Een overhoekje, ontstaan bij de ruilverkaveling, kan een grote bijdrage leveren aan de biodiversiteit in het hele akkerbouwgebied. Dit is ingericht als combinatie van begraasd weiland en struikgewas.

Naast een perceel heeft Mulder een strook met solitaire struiken aangelegd. Vogels benutten die als uitzichtpunt en om in te nestelen. Ook nuttige insecten vinden er een schuilplaats. Om zonder insecticiden te kunnen telen, is minimaal 5% natuurlijke begroeiing nodig.

Een natuurstrook die Mulder als proef in de herfst al inzaaide. Eerst leek er niets van terecht te komen, maar nu staan er toch voldoende planten. Klaproos overheerst.

Een jonge kievit in de natuurstrook. Mulder vond dit jaar voor het eerst 2 kievitpaartjes met jongen. Deze zijn in de aardappelen uitgebroed en zoeken nu voedsel in de natuurstrook.

De natuurstrook zaaide Mulder niet aan de rand van de kavel, maar in het perceel. Dat doet hij omdat de onkruiddruk daar beduidend lager is dan aan de randen. Onkruid mag in de natuurstroken namelijk niet chemisch bestreden worden.

Het idee van strokenteelt is dat de afwisseling meer kansen biedt aan nuttige insecten die helpen bij plaagbestrijding in de gewassen. Bij grondbewerkingen of oogst van een gewas is er altijd een strook met een ander gewas waarin insecten, vogels of andere dieren een goed heenkomen kunnen zoeken.

Een nieuwe aanpassing in de bedrijfsvoering naar een meer natuur inclusieve landbouw die Mulder oppakt, is het telen op stroken. Een bijna 20 hectare groot perceel heeft hij dit jaar verdeeld in 11 stroken met een breedte van 27 meter waarop verschillende gewassen komen.

In een bloemenstrook laat Mulder zien hoeveel insecten hier op af komen. Veel van deze insecten zijn luizeneters, deze helpen hem om de luizenpopulaties in de cultuurgewassen in toom te houden. - Foto s: Hans Banus

Beheer
WP Admin