Premium
Op deze foto staan de oudste kalveren die het eerst worden afgeleverd. De familie Aarnink heeft vertrouwen in de kalfsvleesmarkt, want het aanbod van rosés wordt kleiner door de stoppersregeling en de vraag naar voedsel blijft groeien. Foto's: Jan Willem Schouten RundveeErvaring

Maatschap Aarnink streeft naar een hoog eindgewicht van hun kalveren

Robbin Aarnink doet halsbanden om bij de jongste kalfjes. Aan de halsbanden hangt een transponder voor dierherkenning in de drinkautomaat.

Op het gemengde, uitgebreide bedrijf is altijd werk genoeg. Mireille Aarnink verzorgt onder andere de opfokkalveren van het melkvee en doet de boekhouding.

Het melkvee- en rosékalverbedrijf in Schalkhaar (Ov.).

Deze kalveren zijn ongeveer 16 weken oud.

Het vooraanzicht van de drie nieuwe stallen voor jong rosékalveren. De open dag op 6 december trok veel volk, er kwamen ongeveer 650 mensen om de nieuwe stallen te bekijken.

In de nieuwe kalverstallen zijn de ramen groter dan in de oudere stallen. Over de hele lengte van de stal zitten er plexiglasramen in van 1,5 meter hoog in de zijgevel, net als in de kop- en achtergevel.

Een goede klimaatsturing is belangrijk om schade door luchtweginfecties bij kalveren te beperken. Vincent Aarnink stelt de mechanische ventilatie zo optimaal mogelijk in.

Vorig jaar kreeg Aarnink nog nuka’s van twee weken oud. Dit jaar stiertjes van vier weken oud, maar die doen het niet per se beter. De zwaarste nuchtere kalveren (rond 70 kg per dier) zijn wat slomer en drinken trager. Daarom zet Aarnink bij voorkeur de middelste gewichtscategorie op (rond 63 kg per dier).

Close-up van aardappelsnippers, dat onderdeel uitmaakt van het afmestrantsoen. De snippers leveren veel energie en eiwit voor een goede spieraanzet- en vleeskwaliteit.

Naast 1.080 jong rosékalveren houden de maten ook 120 melkkoeien. In 2012 konden ze goedkoper investeren in de kalverhouderij dan uitbreiden in de melkveehouderij. Sinds 2012 is het gemengde bedrijf steeds verder uitgebreid in het aantal rosékalveren.