Foto: Hans Banus RundveeNieuws

GD biedt twee routes BVD-vrij voor vleesveehouders

Twee van de nieuwe BVD-programma’s die de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) introduceerde voor melkveehouders zijn ook geschikt voor vleesveeouders om BVD-vrij te worden.

Tot voor kort kon dat alleen via volledig koppelonderzoek in bloed. De twee nieuwe routes zijn via oorbiopten en jongvee-antistoffen.

Route oorbiopten

Oorbiopten zijn voor vleesveebedrijven een ideale manier van BVD-bewaking. Het oorbiopt wordt namelijk in één handeling met het oormerken genomen. Door dit direct na de geboorte te doen, hoeft er geen maand gewacht worden om bloed te kunnen tappen. Met het opsporen en afvoeren van dragers kan een bedrijf langzaam maar zeker naar een BVD-vrijstatus toe werken. Wanneer van elk kalf oorbiopten worden genomen en er in een periode van tien maanden geen BVD-dragers zijn geboren, ontvangt het bedrijf de status onverdacht. Na nog eens 24 maanden kan het bedrijf de vrijstatus krijgen.

Kalveren testen op BVD door middel van bioptoormerken. Foto: Hans Banus

Kalveren testen op BVD door middel van bioptoormerken. Foto: Hans Banus

Route antistoffen jongvee

Grotere bedrijven waar kalveren geen antistoffen tegen BVD hebben en waar verspreid over het jaar voldoende kalveren worden geboren, kunnen via de antistoffenroute vrij worden. Bij de jongvee-antistoffenroute wordt twee keer per jaar steekproefsgewijs bloed getapt bij jongvee van acht tot twaalf maanden oud en getest op BVD-antistoffen. Een bedrijf krijgt na vier of vijf gunstige uitslagen de status onverdacht. Na 24 maanden volgt dan de vrijstatus.

Beheer
WP Admin