Vooral Ierland voelt gevolgen lagere kalverimport

De Nederlandse vleeskalverhouderij importeerde veel minder kalveren in de eerste 5 maanden van dit jaar. Vooral Ierland merkt daarvan de gevolgen.

De Nederlandse vleeskalverhouderij importeerde de eerste 5maanden van dit jaar 314.124 kalveren. Dat zijn er 30.417 minder dan in dezelfde periode vorig jaar. Dit blijkt uit cijfers van RVO.nl. Deze daling geldt voor vrijwel alle herkomstlanden waar de kalversector de kalveren vandaan haalt. De grootste daling geldt voor de Ierse veehouderij; met 14.078 kalveren is de import vanuit dat land met maar liefst 64% gedaald. Het aantal geboren kalveren steeg in Ierland met ruim 46.000, terwijl de Ieren volgens het Ierse handelsbureau Board Bia hun export van kalveren met een kleine 14% zagen dalen. Nederland en Spanje zijn belangrijke afzetlanden voor Ierse kalveren; beide landen nemen door de eigen veestapelgroei minder kalveren af.

Ook de kalverimport vanuit Balgië daalde fors, namelijk met 14.271 dieren naar 22.077 kalveren.

Duitsland blijft groeien

De import van Duitse kalveren groeide, in tegenstelling tot de andere landen, met ruim 10.000 dieren naar een totaal van 215.129. Dit past in de lijn van de kalverintegraties om de kalveren zoveel mogelijk uit omringende landen te halen.

Kalverimport vanuit Letland stijgt

Ook vanuit Luxemburg kwamen er met 5.116 kalveren 750 stuks meer. Opvallend is dat de dalende lijn van de import vanuit Letland niet doorzet. Tot aan mei zijn er 10.451 Letse kalveren ons land binnengekomen, een stijging van 1.084 ten opzichte van vorig jaar.