RundveeNieuws

Graskwaliteit bepaalt optimale drogestofpercentage

Wageningen – Het succes van een graskuil is afhankelijk van het drogestofpercentage. Maar wat is nu het beste drogestofpercentage om in te kuilen?

Uit cijfers van BLGG AgroXpertus blijkt dat er binnen Europa grote verschillen zijn in het gehalte droge stof op het moment van inkuilen. In West-Europa (Nederland, Duitsland, België) wordt vaak met een gehalte van 40 procent of meer relatief droog ingekuild. Terwijl in Scandinavië met 25 tot 30 procent de kuilen veel natter gemaakt worden.

Uit een analyse van BLGG blijkt dat de graskwaliteit bepalend is voor het gehalte droge stof (ds) waarbij ingekuild wordt. Jonge grassnedes kunnen beter droger (>40 procent ds) ingekuild worden. Dit zijn kuilen met een hoge voederwaarde en snelle vertering. Door droger in te kuilen worden de passage- en verteringssnelheid geremd. Om die reden is het verstandig om de eerste snede droger in te kuilen, deze is in Nederland namelijk van nature, ongeacht de snedezwaarte, te snel verteerbaar.

Natter inkuilen (rond de 30 procent) wordt geadviseerd voor een zware, doorgeschoten snede of een snede met matige voederwaarde. Ook kan natter inkuilen uitkomst bieden voor bedrijven die problemen met broei hebben. Natter inkuilen zorgt voor meer zuren in de kuil en de kuil is beter aan te rijden. Hierbij moet het gras niet te jong zijn, omdat de kuil dan alsnog te snel verteerbaar wordt.

Beheer
WP Admin