<em>Foto: ANP</em> RundveeOpinie

Vermindering melkproductie moeizaam proces

Volgens de ramingen van het LEI van eind december had de gemiddelde Nederlandse melkveehouder vorig jaar een bedrijfsinkomen van ruim €30.000. Daarin zit zo’n €25.000 aan toeslagen; dus het produceren van melk leverde in het ‘bevrijdingsjaar’ niet veel op.

Van het optimisme over het post-quotumtijdperk is niet veel over, al valt wel te horen dat de huidige lage melkprijs slechts tijdelijk is en dat op langere termijn de vooruitzichten gunstig blijven. Het eerste is een open deur, want bijna alles is tijdelijk, en aan het laatste heb je niet veel als je het op korte termijn niet redt. Ik signaleer dan ook meer en meer twijfel over het functioneren van de markt en zag de afgelopen maanden zelfs enkele voorzichtige pleidooien voor A- en B-melk, dus in feite voor quotering.

Doormelken de minst slechte optie

Ondanks de geringe verdiensten in de melkveehouderij neemt de productie niet af. Het terugdringen van overproductie gaat altijd moeizaam. Ook bij lage prijzen is doormelken voor veel veehouders nog lange tijd de minst slechte optie.

Momenteel is deze ‘elasticiteit van het aanbod’, zoals economen het noemen, waarschijnlijk nog kleiner dan gewoonlijk omdat er de afgelopen jaren her en der veel stalcapaciteit bij is gekomen. Daarnaast spelen de toeslagen een rol: als die er niet waren zouden er meer bedrijven stoppen en zou de productie eerder afnemen. Bij overproductie vasthouden aan het dogma ‘dat de markt het moet doen’, is kiezen voor koude sanering.

Erkenning van falen van de markt

Het recente besluit van de EU-ministers dat veehouders afspraken mogen maken om de melkproductie aan banden te leggen, vormt een erkenning van het falen van de markt. Zelfs EU-landbouwcommissaris Phil Hogan neemt het woord ‘crisis’ in de mond.

Het zwakke punt van zo’n vrijwillige productiebeperking is dat (groepen) veehouders die niet meedoen, er het meest van profiteren. Daardoor zou het effect wel eens beperkt kunnen zijn. De EU had beter geld uit kunnen trekken om productie ‘uit de markt te halen’, bij voorbeeld via een inschrijfsysteem. Als de markt faalt, mag de overheid best een handje helpen. En dat geldt niet alleen voor de melkveehouderij.

Beheer
WP Admin