‘Hoge melkprijs, meer krediet’

Als je een melkprijs beurt die lager is dan de standaard melkprijs, kun je minder lenen. Een nieuw gegeven, waaraan vooral Hanna moet wennen.

Het wordt de basis voor banken om de leencapaciteit van een melkveehouder te bepalen.

Hanna bekent eerlijk: “Ik wist niet dat dit de nieuwe richtlijn voor financieren was. Toen jij nog in het bestuur van onze Rabo zat, gingen jullie uit van het eigen vermogen.”

Ik knik: “Alleen als de bankmensen veel vertrouwen in de kwaliteit van de boer hadden, deden ze wat extra. Was dat vertrouwen er niet, dan werd naar beneden afgerond. Een bedrijf met eigen grond kon praktisch altijd gefinancierd worden.”

Dat is niet meer zo, vertelt ABN-Amro ons. De kostprijs wordt vergeleken met de standaard melkprijs. Is de kostprijs lager, dan kan er meer geleend worden. Is die hoger, dan gaat de leencapaciteit achteruit. Verder speelt de uitbetaalde melkprijs een rol. Daarbij worden de toeslagen voor weidemelk, hoge gehaltes en dat soort uitbetalingen meegerekend. Ook de fabriek waaraan geleverd wordt, is dus van belang. Kort gezegd: hoe lager je kritieke kostprijs en hoe hoger de melkprijs die je beurde, hoe meer geld je kunt lenen.

Hanna schudt haar hoofd: ”Ik moet er aan wennen dat de uitbetalingscapaciteit van je zuivelfabriek mede bepaalt hoeveel geld je kunt lenen. Een boer in Noord-Holland die aan Cono levert, kan dan veel meer lenen dan zijn collega rond DOC in Hoogeveen. Dat verschil in melkprijs is nu al jaren een cent of 3, soms 4. Bij dezelfde prestaties op het eigen bedrijf kun je in Noord-Holland gemakkelijker financieren dan in Drenthe.”

Zo is het. Het bedrijfsresultaat bepaalt het bedrag dat je kunt lenen. Dat zijn dus de kritische kostprijs en de opbrengstprijs van melk. Niks tegen in te brengen.

“Maar het voelt raar”, mort Hanna door. “Dat de zuivelfabriek meebepaalt wat je kunt investeren, zit me niet lekker. Vooral omdat je gebonden bent aan die fabriek. Je kunt geen kant uit. Daarom vind ik dat de banken een ander uitgangspunt moeten nemen.”