Weinig stoppers in melkveehouderij

De groten worden steeds groter, is de belangrijkste conclusie die de statistici van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) trekken uit de voorlopige landbouwtelling van 2015. Deze constatering wekt geen verwondering; de groei is van alle tijden.

Toch valt ook uit de CBS-cijfers op te maken dat de melkveehouderij een bijzonder jaar doormaakt. Zo is het aantal bedrijven met meer dan 250 koeien gestegen tot 355 stuks. Dit toont de voortvarendheid in deze sector aan. Als deze tendens doorzet, dan is over twee jaar de grens van 500 bedrijven met meer dan 250 koeien al geslecht.

Gemiddeld 89 koeien per bedrijf

De groei heeft ertoe geleid dat het gemiddelde aantal koeien per bedrijf is gestegen tot 89. Daarmee melkt een boer ruim 4 koeien meer dan vorig jaar. Alleen in 2001 en 2008 werden nog iets grotere stappen gezet. In hoeverre lagere melkprijzen de schaalvergroting gaat remmen, moet blijken. Banken en ondernemers staan nu niet te trappelen om groei te financieren. Eerst maar eens het hoofd boven water houden.

1,7% van de melkveebedrijven gestopt

In dat licht valt het aantal stoppers mee (1,7% gestopt). De klap van de crisis moet echter nog komen. Op basis van de lagere melkprijzen is te verwachten dat nu meer koeienboeren ermee ophouden. Invoering van fosfaatrechten vertraagt de uittocht, want wachten op deze rechten levert bij verkoop nog een mooie bonus op.