RundveeAchtergrond

Melkveesector heeft niets aan 14 cent

De Nederlandse melkveesector heeft na de quotering het vizier op groei. Die koers is ingezet en wordt niet gewijzigd voor een vergoeding voor het leveren van minder melk.

Vorige week werd bekend dat de EU een steunpakket van €150 miljoen vrijmaakt om melkveehouders te motiveren minder melk te leveren. Daarbij wil Landbouwcommissaris Phil Hogan maximale druk uitoefenen op met name Nederland, Polen, Duitsland en Ierland. Dit zijn de landen die het laatste jaar het hardst zijn gegroeid in productieomvang.

De vergoeding is een loffelijk streven, maar met de 14 cent voor niet geleverde melk gaat dat in Nederland niet lukken, om de doodeenvoudige reden dat de referentieperiode verkeerd is gekozen. De 14 cent per niet geleverde kilo melk wordt uitbetaald als in een periode van drie maanden minder wordt gemolken dan in dezelfde periode in het jaar er voor. En daar gaat het mis. Want sinds vorig jaar is de productie in Nederland met 6,7% toegenomen (dagproductie juni 2016 ten opzichte van dagproductie oktober tot en met december 2015). Dat betekent dat de Nederlandse melkveesector BV eerst deze extra productie moet verminderen alvorens ze ook maar in aanmerking komen voor één cent vergoeding. Dat gaat niet gebeuren.

Kwartaalproducties vergelijken

Natuurlijk zullen er best individuele ondernemers zijn die niet zijn gegroeid, of zelfs minder produceren en dus kunnen voldoen aan de voorwaarden voor de vergoeding. Maar dat geldt niet voor de sector als geheel. De melkveesector heeft de bedrijfsvoering en strategie ingezet op groei. Dat gaat de sector om een paar cent niet veranderen. Als Hogan overschotten op de markt wil terugdringen, moet hij uitgaan van het huidige overschot. Dus een kwartaalproductie vergelijken met de kwartaalproductie ervoor. Dán stimuleer je productiebeperking.

Per saldo komt het geld nu waarschijnlijk terecht bij landen die hun productie ten opzichte van afgelopen jaar toch al zagen afnemen. Er zijn genoeg landen die nu al, vanwege marktomstandigheden en melkprijs, 2 of 3% minder produceren dan vorig jaar. Zij hoeven nu dus feitelijk geen extra maatregelen te treffen voor productiebeperking en krijgen het geld in de schoot geworpen.

Twijfels over effect van vermindering

En zelfs daar heerst enige argwaan. Zo zet de Britse Farmers Union al vraagtekens bij het effect van vermindering als andere landen blijven groeien. Immers als Britse boeren minder melken, lopen ze omzet en dus inkomen mis. En niemand garandeert dat minder melk uiteindelijk ook leidt tot een hogere melkprijs. Zeker niet als de lagere productie wordt opgevangen door meer melkleveranties uit de landen die groeien. En de Nederlandse sector? Die houdt waarschijnlijk gewoon vast aan de ingezette strategie en zal straks maximaal willen en kunnen profiteren van een hopelijk snel aantrekkende melkprijs.

Beheer
WP Admin