RundveeAchtergrond

Neem actie om voervoorraad op peil te brengen

Het voorjaar was te droog en te koud. Nu volgt er warmte, maar voor herstel van grasopbrengst is dat te laat. Veehouders zullen moeten kijken hoeveel voer er nog van vorig jaar ligt en vervolgens de balans opmaken.

Voor veel veehouders zal het de aankomende weken tijd zijn om de balans op te maken met betrekking tot de voervoorziening van het vee. Vorig jaar is er ontzettend veel ruwvoer gewonnen, wat leidde tot flinke voorraden, maar die zijn eindig. Ze zijn dit jaar wel goed van pas gekomen want dit voorjaar is lang koud gebleven. Daardoor viel de eerste snede pas na half mei en zit de tweede snede nog niet zo lang in de kuil. Ten opzichte van vorig jaar missen veel bedrijven een volle snede, pakweg 3.000 kilo droge stof per hectare.

Meer vee, hogere druk op voer

Wat de druk op de voervoorziening verder verhoogt is het feit dat veel bedrijven ook nog meer vee hebben dan vorig jaar als gevolg van het wegvallen van de melkquotering. Behalve sectorale problemen als overschrijding fosfaatplafond, kan op bedrijfsniveau de voervoorziening ook wel eens een probleem worden. Als gevolg daarvan kan het haast niet anders of de druk op de voermarkt zal toenemen.

Inhaalslag mais na valse start

Hoe groot die druk zal zijn wordt de komende weken bepaald. De mais stond er niet bepaald geweldig bij. De mais is weliswaar redelijk op tijd gezaaid, maar ook hier geldt dat de kou, een op veel plaatsen vochttekort, zorgde voor een valse start. Nu heeft het de laatste week redelijk geregend en met de aankomende warmteperiode, hopelijk met voldoende vocht in de vorm van een flinke regen of onweersbui, moet de mais de grond uit kunnen schieten.

[([002_rb-image-1783972.jpeg]:inzetgroot)]

 

Grasopbrengst blijft waarschijnlijk laag

De ontwikkeling van de mais heeft directe invloed op de drogestofopbrengst per hectare en dus op de totale voorvoorziening van het bedrijf. Want het is niet waarschijnlijk dat de achterstand van de grasopbrengst nog goedgemaakt wordt in de laatste vier maanden van het groeiseizoen.

Anticiperen op verwachte ruwvoervoorraad

Met deze wetenschap in het achterhoofd moet de veehouder gaan rekenen. Met het resultaat van een ouderwetse stalvoerbalans in de hand volgt oriënteren op de ruwvoermarkt. Misschien is het niet verkeerd om al een paar hectare mais zeker te stellen. Andere mogelijkheid is om nu al wat meer bijproducten te voeren zodat vers gras gespaard wordt en er dus meer in de kuil gemaakt kan worden. Welke actie er ook ondernomen wordt, veehouders zullen nu moeten anticiperen op de verwachte ruwvoervoorraad om te voorkomen dat ze in de winter of het vroege voorjaar bij een tekort moeten bijkopen. Want dan zullen ze voor ruwvoer waarschijnlijk veel geld moeten neertellen.

Beheer
WP Admin