RundveeAchtergrond

Kwestie Van Kats legt open zenuw bloot

De NVWA en de veevoerindustrie zien handelaar Van Kats als bron van de furazolidon-problemen, maar het bewijs rammelt. Dieper graven kan echter vervelend worden, want misschien worden dan heilige huisjes getroffen.

De zaak Van Kats is een open zenuw voor de veevoersector, zo blijkt uit de vrijdag in deze krant gepubliceerde brief van veevoerorganisaties Nevedi, Securefeed en GMP+. Dat geldt ook voor de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Hun reputaties, belangen en ook toezichtsafspraken staan ermee op het spel.

Veevoerhandelaar Van Kats, die is aangewezen als bron van de fu­ra­zolidonvervuiling bij vleeskalveren en varkens, is door hen neergezet als een rommelaar die dubieus en te goedkoop voer verkocht aan kalverhouders die het ook niet zo nauw namen.

Het enige dat hiervan tot nu toe is bewezen, is dat bij zowel Van Kats als bij enkele kalverhouders normoverschrijdingen zijn gevonden voor furazolidon en AOZ, een afbraakproduct daarvan. Overigens ook in witvlees en bij varkens.

Geen bewijs

De NVWA maakt daarvan dat Van Kats en de kalverhouders blijkbaar samenwerkten met verboden toevoegingen, maar het verbindende verhaal klopt niet. Het aangevoerde verband oogt als Noord-Koreaans politiewerk: lage concentraties furazolidon in voer, hoge concentraties AOZ in kalveren die nog nooit ruwvoer hebben gehad.

De voerindustrie volgt de NVWA en stelt dat er ook twijfel is over de GMP-erkenningen van Van Kats. Certificeerder GMP+ levert echter geen bewijs dat ze bij Van Kats fouten heeft aangetroffen. De erkenningen zijn enkel ingetrokken omdat de NVWA de hele boekhouding bij Van Kats had meegenomen en GMP+ niets meer kon verifiëren.

Opmerkelijk genoeg waren het niet de NVWA of GMP+ die alarm sloegen over furazolidon en AOZ. Het was de Stichting Kwaliteitsgarantie Vleeskalversector (SKV) die dat deed, een controleur aan de ‘verkeerde’ kant van de keten; het einde. Zo ging het ook in de aflatoxine-zaak van ruim een jaar geleden. Toen ontdekte zuivelcontroleur COKZ de problemen.

Grote vraag

Pijnlijk voor de veevoersector is dat na veel aanscherpingen van regels (niet zozeer van controles) weer een verboden stof in voer zit. Met als resultaat dat 7.000 kalveren de put in zijn gegaan, veel vlees is vernietigd en dat boeren die vertrouwden op GMP financieel aan de grond zitten.

Grote vraag is waarom NVWA en veevoerindustrie zo snel Van Kats aanwijzen is bron van de problemen, en niet een beetje verder graven. Van Kats was geen verwerker, maar ontving en verhandelde wel grondstoffen. Bijvoorbeeld van een grote Amerikaanse graanhandel, waarmee de NVWA speciale toezichtsafspraken heeft. De NVWA oefent er beperkte controle uit en, als ze meer wil, moet ze dat eerst melden. Ook zijn geheime toezichtsclausules vastgelegd. Het convenant dateert uit een tijd dat de NVWA door Haagse bezuinigingsdrift vrijwel tandeloos was gemaakt.

Ook zo’n convenant heeft de NVWA met Safefeed, terwijl de NVWA systeem GMP+ een voorlopige erkenning heeft gegeven. In beide gevallen kan de NVWA met minder eigen controles toe en bestaat op papier toch een goede borging. Wanneer de NVWA toch iets ongewensts vindt, bestraft ze leden van Safefeed niet meteen. Andere ondernemingen wel. Bij Safefeed volgt eerst overleg hoe verder te handelen.

Van Kats kocht in goed vertrouwen ook voerstromen van Safefeed en GMP+-gecertificeerde bedrijven. Als daar ook al furazolidon in grondstoffen heeft gezeten, wat stellen convenanten en certificeringssystemen dan nog voor?

Beheer
WP Admin