Foto: Bert Jansen PluimveeNieuws

LTO/NOP en NVP: minimoederdieren anders indelen

De Stuurgroep (Opfok)Vermeerdering van LTO/NOP en NVP gaat bij minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit een formeel verzoek indienen om minimoederdieren anders in te delen binnen de Meststoffenwet.

LTO/NOP laat weten dat dit gisteren is besloten na overleg met ambtenaren van het ministerie van LNV.

1,48 pluimvee-eenheid per minimoeder

Op dit moment vallen minimoederdieren, de moederdieren van veel langzamergroeiende vleeskuikens, volgens de uitvoeringsregeling van de Meststoffenwet in dezelfde categorie als reguliere vleeskuikenouderdieren. Daarom moeten pluimveehouders rekenen met 1,48 pluimvee-eenheid per minimoeder. De stuurgroep van LTO/NOP en NVP vindt dat onterecht gezien de lagere fosfaatexcretie van deze dieren.

Een minimoederdier weegt aan het einde van de productie 2,4 kilogram, terwijl een regulier vleeskuikenouderdier zo’n 4 kilo weegt. De fosfaatexcretie van een minimoederdier is zo’n 130 gram per dierjaar, terwijl dit 205 gram is bij reguliere vleeskuikenouderdieren.

Minimoederdieren onderbrengen bij legouderdieren

De LTO/NOP & NVP stuurgroep bepleit om de minimoederdieren onder te brengen bij de legouderdieren. Voor deze dieren wordt gerekend met 1 pluimvee-eenheid per minimoederdier. Volgens berekeningen van Wageningen Livestock Research ligt de fosfaatexcretie van minimoederdieren zelfs onder die van legouderdieren.

De stuurgroep stelt deze oplossing voor omdat dit betekent dat de overheid dan geen aparte categorie in de wetgeving hoeft te creëeren voor de lichtere moederdieren. Dat maakt de aanpassing in de wetgeving wellicht eenvoudiger, zegt de stuurgroep.

Beheer
WP Admin